Maandag 27 november
Zaterdag hadden we gemerkt dat 1 koplamp het niet meer deed, en dus was onze eerste daad op maandag om naar de enige officiële Jaguar-garage in de Algarve te gaan, Garage FIAAL in Faro. Deze garage vertegenwoordigde daarnaast nog een paar merken zoals Landrover, Mazda, Mustang en Volkswagen. De jaguar-afdeling bestond uit 3 man in een container. De technische manager begon een semantische discussie over headlight of bulb. We hadden een bulb die niet meer werkte, de headlight deed het nog wel (op dat moment nog wel). Een technicus die niet wist welk lampje hij moest installeren, brak het defecte gloeilampje, en beweerde doodleuk dat de lamp geoxideerd was. De enige oplossing zat erin om een nieuwe headlight te bestellen in de UK. Direct te betalen ook: 465 euro. Het zou 3 à 4 dagen in beslag nemen. We verlengden dus ons hotel tot vrijdag, hoewel we hadden gepland om dinsdag via het binnenland de terugreis aan te vatten.
In de buurt lag Olhao, een vissershaven die tonijn en sardines in blik produceert. Hiertegenover liggen de eilanden Armona, Culatra en Farol. Het zijn in feite zandbanken die deel uitmaken van het Parque Natural da Ria Formosa, 60 km lang van Faro tot Cacelha Velha. In 1987 werd dit park tot natuurreservaat uitgeroepen om de lagune met zoutpannen, moerassen, eilandjes tegen het toerisme te beschermen. In de lagune wordt er aan zoutwinning gedaan, is er eb en vloed en worden vis en schaaldieren gekweekt.
Dinsdag 28 november
Na een slapeloze nacht, waarin we het toch straf vonden dat we in plaats van een lampje van 20 euro een knoeier hadden getroffen die ons in totaal een factuur van 660 euro aan de hand deed + 3 extra nachten op hotel, besloten we een brief naar Jaguar Portugal en UK te sturen.
Vervolgens was het tijd voor de tweede verplichting: de Via Verde-zaak eens en voor altijd op te lossen in Spanje. We zaten nu eenmaal vlak naast de grens, en even Spanje in en dan terug naar Portugal zou ons eindelijk in regel brengen.
Via Castro Marim reden we over de brug naar Ayamonte (Spanje), waar we tankten en aan de péage onze kredietkaart in de automaat staken. Er kwam een factuurtje uit de automaat, en we mochten beschikken. Vanaf nu was onze nummerplaat gelinkt aan onze rekening, en moesten we niet meer na elk traject afrekenen. Zo simpel was dat!
In Castro Marim, dat bekend is voor de zoutwinning en boven de Vale do Guadiana ligt , beklommen we een heuvel om het kasteel te bezoeken. Hier waren resten gevonden van in de ijzertijd, de Romeinse tijd en de Middeleeuwse tijd. Dit stadje werd in 1321 de zetel van de Christusorde, tot die in 1334 naar Tomar verhuisde.
In de Igreja de Martyres waren originele marteltuigen te bekijken, die de Inquisitie hanteerde om ketters te verhoren. Hierna wandelden we door een natuurgebied, het Reserva Natural do Sapal langs zoutvelden, waar we interessante vogels zagen.
Vervolgens gingen we naar Vila Real de Santo Antonio, een toeristisch grensstadje met hoogbouw, waar Belgen en Nederlanders thuis zijn, te oordelen aan de Nederlandstalige menu’s in elk restaurant. We aten er tongetjes met friet bij José de Belg, een Portugees die in Antwerpen op het Eilandje gewoond had met zijn Antwerpse vrouw, die in de keuken stond. De zaak zat vol Nederlandstaligen. VR de Santo Antonio was in 1774 door de markies de Pombal gesticht in 5 maanden tijd.
Even verderop langs de kust ligt Monte Gordo, met Praia Verde, een schitterend strand met chique villa’s ligt naast een ongerept duinengebied aan zee. Hier was er enkel plaats voor grotere villa’s. We dronken er iets in een fantastische bar.
Woensdag 29 november
Dan was het eindelijk tijd voor een bezoek aan Tavira, een charmant stadje langs de rivier Gilao met typische vierzijdige puntdaken (voor de hevige regenval die er in de winter plaatsvindt).
Ook hier trokken we naar het Moorse kasteel op de heuvel, dat alleen uit buitenmuren bestond met een mooie binnentuin. Van daaruit wandelden we naar de benedenstad, die langs de rivier lag. We staken over via de Romeinse brug, en vonden langs de rivier een Portugees restaurant, Os Arcos, dat voor 7 euro een dagschotel voor 2 ((1 dose) serveerde. Verder langs de rivier was er een mercado met winkeltjes, bars en restaurantjes.
Donderdag 30 november - Vrijdag 1 december
Tavira stond alweer op het programma, want dit stadje viel enorm mee. Je vindt hier het grootste aantal kerken in de Algarve: zo'n 30-tal.
Eerst dronken we een koffie op het terras van een groot shopping centrum, daarna begaven we ons opnieuw richting centrum. We probeerden een klein Portugees restaurantje uit. Daarna wandelden we langs zoutvelden naar Quatro Aguas, een landengte waar je de ferry naar Ilha de Tavira kan nemen. 's Avonds hadden we nog steeds geen nieuws van de garage, hoewel ze beloofd hadden dat de nieuwe lamp na 3 à 4 dagen aanwezig zou zijn. Vrijdag evenmin nieuws. We verlengden ons verblijf dus nog maar eens 3 dagen, tot maandag. We krijgen het gevoel dat we hier toch wel gegijzeld worden. De garage neemt de telefoon niet op, er staat een antwoordapparaat op. Maandag zal het 7 dagen zijn dat we hier op een autolamp zitten te wachten.
Geschreven door KatinkaenArmand.op.avontuur