22 km/26°/☀️
We drinken een kop koffie op het terras van het hostel en kletsen nog wat met de eigenaar. Hij is trots op zijn hotel. En terecht! Ik vertel hem dat ik de oorspronkelijke route door het binnenland wil lopen. Hij raadt het me af, omdat het de komende dagen erg warm wordt. Daar had ik niet aan gedacht en ben meteen overtuigd.Voorlopig loop ik dus nog met Solveig mee. Anders was ik nu afgeslagen naar de inlandse route.
We lopen een stuk over de boulevard. Zo saai! De Camino gaat meer landinwaarts. Wij besluiten langs de kust te lopen. De kleine steentjes, die eerder op het strand lagen hebben nu plaats gemaakt voor schelpenzand. Er is ook begroeiing van naaldbomen. Af en toe waan ik me in 'onze' duinen. Er schiet een hagedis van wel 30 cm voorbij. Ik waarschuw Solveig. Ze kan een prachtige foto van hem maken. We komen andere pelgrims tegen, die ook op zoek zijn naar de brug.
Ik vertrouw op Maps.me en loop mijn eigen route. De weg gaat naar beneden en daar is de brug! Nou ja, brug.....wat stenen over de rivier. Na een poosje arriveren de anderen. We zitten een poosje met Heimie en Karina bij het water. Even lekker de voeten koelen. Heimie heeft een waterfles gevuld met port en één met portwijn. Of wij die even op willen drinken, want dan kan hij er eindelijk water in doen. Hij moet nog zo'n 20 km lopen.... De port smaakt beter dan de portwijn. We helpen hem ervan af. Karina heeft gereserveerd in Casa de Carolina. Dat ligt op een mooie afstand. We vragen of ze voor ons ook kan reserveren. Dat lukt. Zo, nu kunnen we op ons gemakkie de laatste 6 km lopen.
De weg gaat hierna gestaag omhoog. We rusten even. Als we verder gaan realiseer ik me dat ik mijn zonnebril heb laten liggen. Ik zeg tegen Solveig dat ze door kan lopen. Het is een aardig stuk terug. Eerst loop ik mijn bril voorbij, maar als ik de parkeerplaats zie weet ik weer waar ik hem heb neergelegd. Ik loop door een prachtig bos, maar geen Solveig. Ik hoop dat ze de route kan vinden. Na een half uur zie ik een donativo-stalletje en daar zit Solveig. We eten en drinken van alles. Het stalletje kwam precies op tijd. Het is warm en onze waterflessen zijn leeg. We komen helemaal bij.
Daarna nemen we de kortste weg naar het hostel. Saaie straten, maar we zijn moe. Eindelijk zijn we er. We worden hartelijk ontvangen en nemen een bed in de 4-persoons kamer. Karina moet nog komen. Ze had veel last van haar knie en zou nog even rusten bij de rivier.
We frissen ons op en eten een hamburger in het café. Als we terugkomen, is Karina er ook. De laatste 3 km heeft ze gelift.
Geschreven door Rinawandelt