Na een wat onrustige nacht in het grote bed in de pastorie, met een echt enorme kuil, gaat om 7 uur de wekker. Als we beneden komen zit het hele gezelschap al aan het ontbijt. Meneer pastoor (père Pierre) roostert het stokbrood, er staat roomboter met jam op tafel en er is hele sterke koffie, thee en melk. Het is net een groot gezin met meneer pastoor aan het hoofd van de tafel. Hij deelt de routes uit, voor ieder in zijn eigen taal. Dan een juichkreet van de Amerikaanse William; hij hoeft niet te klimmen vandaag.
Na een warm afscheid gaan we samen met het Francesco en Chiara lopen.
We volgen hen blindelings, maar dat was geen goed plan. Na de spoorbrug kunnen we gelijk de hanenbalken in. Holy moly, zo vroeg in de ochtend, en dan al zo steil. Ik ben een diesel, moet altijd langzaam op gang komen. Dit wordt geen toffe dag, maar we weten dan nog niet dat we een foute route lopen. We staan boven op de berg, kunnen niet verder. Een vouwhek van boomstammen met prikkeldraad ertussen verspert ons de weg. Koeien kijken ons aan vanaf de andere kant van het hek. Na die f
*ing klim gaan wij echt niet terug! Frank legt het hek plat, we stappen de wei in. Het hek weer omhoog. We houden ons wat afzijdig van de koeien en volgen een tractorspoor. Dat moet ons wel naar een weg brengen.
Uiteindelijk komen we in Buzy, we snakken naar een kop koffie. Aan een meneer vraag ik waar we een bar kunnen vinden voor een koffie. Hij vertelt dat er geen bar is, en na enig twijfelen zegt hij dat we wel bij hem koffie mogen drinken. We zijn aangenaam verrast en lopen met hem mee. Voor zijn echtgenote is het geen probleem, we mogen zelfs onze modderige wandelschoenen aanhouden, en in korte tijd zitten we aan dampende koffie. Het is gezellig. Dan komt een nieuwsgierige buurvrouw binnen, ze moet er het hare van weten; van die bezwete wandelaars daar in dat kleine Franse dorp aan de koffie...
Na een hartelijk afscheid van George en zijn vrouw Annique, vervolgen we onze weg. Na een uur zien we een restaurant, Francesco en Chiara hebben er gegeten en bevelen de dagschotel aan. Heerlijk en niet duur. Ze hebben gelijk. We wandelen verder, de witte bergtoppen laten we achter ons. Na een poos komen we bij een wei. De zon staat hoog en we gaan onder een boom zitten. Kousen en schoenen uit. Potverdikkie, een blaartje aan de zijkant van mijn grote teen. Ik wikkel er wol omheen, hopelijk helpt het.
Dan komen we op wat een heerlijk pad lijkt, totdat we door de diepe sporen van mountainbikeroutes moeten ploegen. Na de regen van de afgelopen week is het modderig. Vieze dikke kleffe klei die onze schoenen vastzuigt. Het blijft duren en ik ga me steeds meer ergeren aan die mountainbikers die ook in Nederland de bossen verruïneren. Zo jammer want we lopen door mooie natuur met een prachtige hard stromende rivier met geweldige stroomversnellingen, waar we nu helemaal geen oog voor hebben. Eindelijk hebben we die moddertroep gehad.
2 ezels komen ons troosten, we gaan een prachtig bruggetje over en volgens Frank zijn we er bijna. Niet dus. We moeten nog een behoorlijke klim maken en komen na nog kilometers te hebben gelopen in de oude bovenstad. Mijn schouders doen pijn en ik ben al uren aan het bedenken wat ik allemaal naar huis ga sturen, zodat de rugzak wat lichter wordt.
Uiteindelijk in de benedenstad aangekomen zien we in een onopvallend hoekje van een plein een gevel met een hele grote Jakobsschelp; we zijn er!
De hospitaliero, met een baret en baard, ontvangt ons rustig, biedt een drankje aan en een chocolaatje. De schoenen moeten uit, we moeten betalen en krijgen een stempel in het paspoort. Op onze sandalen doen we wat boodschappen, er is een grote keuken, de hospitaliero zegt : "het is jullie keuken..."
Frank wil straks eieren met spek gaan bakken.
Dan zien we de kamer, 4 persoons, we delen met een ander echtpaar. Douches en toiletten zijn kraakhelder. Inmiddels zijn we over de gêne van het delen van kamer en badkamer heen. Als Frank in de badkamer komt hoor ik een gil, "hello, are you here too?" De Amerikaanse studenten zijn er ook; zij hebben de goede weg genomen en zijn fris en fruitig aan komen wandelen, nondeju...
Vanavond gaan we lekker slapen, flinke oordoppen in en we weten het nu zeker; morgen wordt een dag van welverdiende rust en het opsturen naar huis, van 2 kilo rugzak inhoud. Dat ruimt lekker op!
A Demain...
In totaal hebben we 75,1 km gelopen...
Geschreven door Op.weg.Frank.en.Anita