Onrustige nacht. Ik heb last van mijn buik en kan daardoor niet slapen en Marc roept in zijn slaap om een blokfluit! Het kan niet veel gekker worden....
Vandaag bezoeken we in de ochtend het Topkapi paleis. Per jaar wordt dit bezocht door 3 miljoen mensen. Met een entreeprijs van 25 euro pp is dit de absolute cash cow van Istanbul. Maar het lijkt de bezoekers niet te deren...er staan ongelofelijke rijen voor de kassa en ook binnen is het voetje voor voetje door de harem van de sultan.
Op enig moment woonden hier wel 300 vrouwen die allemaal als jong meisje geselecteerd en gekocht werden om opgeleid te worden in goede manieren, muziek en dans aan het hof. Het waren nooit moslim meisjes: de islam verbied het tot slaaf maken van andere moslims. De haremvrouwen kwamen nooit buiten het paleis: de handelaren kwamen hun mooie spullen binnen de paleismuren verkopen. Toch bleven niet alle dames hun hele leven binnen de harem. Als de sultan genoeg van hen had, dan mochten ze belangrijke nobele trouwen en zo hield de sultan indirect via zijn trouwe dames de edelen in de gaten. De bewaking van de vrouwen en kinderen was in handen van de zwarte enuchen, die vooral vanuit het huidige Ethiopië kwamen en daar als kind van een jaar of 10 geronseld en gekocht werden. In Istanbul werden ze vervolgens bekeerd tot de islam, gecastreerd en opgevoed tot trouwe dienaren van de sultan. De zwarte hoofd enuech was een machtige man, met directe toegang tot de sultan. Ook de moeder van de sultan was zeer machtig: zij was de baas van alle dames en kinderen in de harem. In het paleis had zij een eigen hof met een binnentuin.
Vlak voor vertrek heb ik een boek gelezen van Kader Abdullah met de titel Salaam Europa. Het gaat over een negentiende eeuwse sjah van Perzie die een reis maakt door Europa. Het hele verhaal krijgt hier beeld, een plek, een gevoel en kleur. Het paleiscomplex is enorm, met mooie tuinen, opulente kamers met prachtige plafonds en kleurrijke mozaïeken, een vijver en uitzicht op de Bosphorus. Je kunt je net het verhaal va Kader Abdollah bijna een voorstelling maken van het leven uit die tijd. Voor de relikwieën ruimte staat en lange rij en hoewel niet bijzonder interessant, is er 1 voorwerp dat me wel echt kan boeien: het gouden omhulsel van de zwarte steen van de Kaaba in Mecca. De gouden huls wordt af en toe vervangen en om die te bezitten is een grote eer.
Na Topkapi even lekker loungen bij een mooi eettentje waar we een heerlijke pide eten, de turkse variant op pizza. Daarna nog heel even door de grand bazaar maar de hektiek en drukte is een beetje too much. Wel nog even een mooie schaal gescoord voor Cas. Nu hopen dat we die heelhuids thuis krijgen.
Tegen de avond maken we een boottocht op de Bosporus, want wie dat niet gedaan heeft, is niet in Istanbul geweest. Vanaf het water is er prachtig uitzicht op de Gouden Hoorn met de Galata toren op de ene oever en de grote moskees aan de andere. We varen langs de paleizen aan het water en zien hoe de in de nieuwere wijken van Istanbul de wolkenkrabbers uit de grond zijn gestampt om de 20 miljoen inwoners te kunnen huisvesten.
We sluiten de avond af in het zelfde eettentje als we in de middag waren. Net als we hebben besteld staan er 2 kinderen, vluchtelingen uit Syrie, voor het raam te bedelen. Ik kan het niet aanzien en ga even naar buiten. Ik geef uit principe geen geld aan kinderen dus ik vraag hen hun moeder te halen die terugkomt met ID papieren en me met handen en voeten en mijn paar woorden Arabisch duidelijk weet te maken dat ze uit Aleppo zijn gevlucht, dat ze hier alleen is met 4 kleine kinderen, dat haar man dood is en dat ze geld nodig hebben voor de huur. Het is het vreselijke verhaal van zovelen in deze stad. Maar dit is nu, dit is hier en wij kunnen vandaag wel iets doen. Dus dat doen we. Het lost niets op, maar iedereen heeft af en toe een helpende hand nodig.
Het eten smaakt me niet meer echt. Deze wereld is te bizar. Wij in de fancy vissenkom van het restaurant, zij aan de andere kant van het glas zonder iets. Niet lang erna kont het volgende syrische gezin voor het raam bedelen. Toeval? Of zouden ze hebben gehoord van het geld dat we hebben gegeven?
Het is genoeg geweest. Ik zou graag een goed gevoel hebben over mijn spontane actie, maar dat heb ik niet. Het stemt me triest, het lot van al deze mensen, ontheemd en bedelend voor een bestaan. En niets wat je geeft veranderd daar ook maar iets aan. We gaan terug naar ons hotelletje, waar we ons veilig kunnen wanen van de realiteit en we gewoon weer kunnen doen alsof de wereld goed is.
Als we terug lopen zegt Cas tegen me dat hij trots op me is. Niet veel mensen zouden hebben gedaan wat ik doe, zegt ie. Zo lief....mijn 21 jarige zoon die trots op me is. Dank je lieve Cas..... dat is meer waard dan wat ik gedaan heb vanavond voor die Syrische familie.
Geschreven door 4opreis.reisverhalen