We reizen van Berastagi naar Samosir Island met een privé chauffeur. Onderweg stoppen we in Dokan waar nog een aantal bewoonde Karo Barak huizen staan van een jaar of 100 oud. We mogen bij een familie binnenkijken. Een laddertje voert omhoog naar een klein deurtje in het theemutsvormige huis op palen. Binnen moeten je ogen wennen aan de duisternis. Er wonen 8 families, ongeveer 30 mensen. Elke familie heeft een eigen ruimte met vuurplaatsje om te koken, een kast, wat kleren, matjes om op te zitten en te slapen. De bezittingen van 1 familie zouden passen in onze rugzakken.
De houtvoorraad ligt op de eerste verdieping. De houten balken van het huis zijn zwartgeblakerd en er hangt een rokerige lucht. Er zijn 4 vrouwen binnen, 2 omaatjes van diep in de 80, een jonge meid en een vrouw van middelbare leeftijd die bamboe zit te splijten. Met handen en voeten praten we, Google translate helpt. Zo komen we te weten wie er wonen, hoe oud het huis is, de leeftijd van de 2 oudjes die nog op de houten vloer zitten, en waar ze van leven. Het is een karig bestaan en de komst van af en toe een toerist brengt niet alleen wat geld in het laatje maar ook leven in de brouwerij. Er wordt veel gelachen en iedereen bekijkt iedereen. De moderne tijd doet hier wel zijn intrede met de mobiele telefoon maar voor de rest is het hier als 100 jaar geleden.
De tocht verder naar Samosir voert langs landbouwgrond en eindeloze dorpjes die een aaneenschakeling zijn van winkeltjes, marktjes, toeterend verkeer, handelende mensen en spelende kindjes.
Onze chauffeur besluit de sipiso piso waterval zonder overleg over te slaan. F
king Ergerlijk. We besluiten niet nog 3 uur extra te rijden om de waterval toch te zien en daardoor zijn we eerder dan verwacht in havenstadje Parapat. De veerboot zet ons af op de aanlegsteiger speciaal voor ons hotel. De belofte die dat uitstraalt blijkt helemaal waar. Toba Village Inn is een prachtig hotel in tropische tuin met uitzicht op het meer. En 2 mooie zwembaden. Wow. Echt vakantie en lekker voor Jop om weer bij te tanken.
Geschreven door 4opreis.reisverhalen