Het was ons opgevallen dat er aan het voeteneinde van ons bed een grote open ruimte was op het tapijt. Natuurlijk ook om te kunnen bidden, maar misschien ook om te slapen? We bespraken het met onze gids. Het is inderdaad heel normaal dat men op een matrasje op de grond slaapt. Wij hadden prima bedden maar zij sliep in de kamer naast ons op een matrasje. Een bed kopen is in Iran kostbaar en veel mensen kunnen dat niet betalen. Nu met de sancties van Amerika is het leven voor de Iraniërs niet gemakkelijker geworden. Een wasmachine is bijvoorbeeld in één jaar tijd 5x zo duur geworden. Onder druk van Amerika worden bijv. ook geen Japanse apparaten meer ingevoerd. Iran maakt zelf ook wel die wasmachines, maar belangrijke onderdelen kunnen niet geïmporteerd worden, waardoor er slechtere onderdelen gebruikt worden en ze heel snel stuk gaan. Via de zwarte markt gesmokkelde apparaten kopen is erg duur. De overheid zegt alleen dat er producten van het eigen land gekocht moeten worden en doet verder niets. Men lijdt er echt onder. Vanmorgen kwam een man naar ons toe en riep hard naar ons: "The islam has destroyed everything!" Dergelijke soms boze kreten horen we geregeld. Men is ook stomverbaasd waarom wij naar Iran komen en dat wordt elke dag zo vaak gevraagd. Men wil graag een foto met of van ons maken. De kledingvoorschriften vindt men vaak onzin, maar ja, het zijn de regels waarop streng gehandhaafd wordt en de rest is veel erger. Het is ook opvallend dat de gezichten van veel vrouwen heel strak en afstandelijk zijn. Alsof ze een masker op hebben. Pas bij het maken van contact komt er mimiek en een lach. Onze gids was gelukkig helemaal niet zo.
Onze VPN werkt alleen op wifi en in heel Masuleh is geen wifi. Gelukkig zette onze gids in de kamer naast ons haar wifi hotspot aan en die was sterk genoeg om mijn blog weer helemaal bij te werken.
We bezochten vanmorgen nog even de moskee met tombe van Oun Ebn-e-Ali. Hij had 113 jaar geleden gevochten tegen de Russen en werd gedood. Inwoners van Masuleh vonden hem, begroeven hem, bouwden een tombe en moskee om zijn graf en vereerden hem. Men wilde graag vlakbij hem begraven worden daarom zijn er vlakbij deze moskee zoveel grafstenen.
Toen Albert buiten wachtte kwamen een moeder en dochter bij ons hotel. De dochter wilde voor de deur op de foto maar met het lichter gekleurde hoofddoekje van de moeder. Ze keken angstig rond, gingen met de neuzen tegen elkaar staan en schoven de hoofddoekjes zo over elkaar heen dat ze wisselden en Albert hun haar niet kon zien.
De gids vertrok met ons richting Teheran. Eerst reden we door de groene bossen van het Alborzgebergte. Daarna door een dal met veel rijstvelden en nog wat theeplantages. De koeien liepen ook hier vlak langs de snelweg. We maakten een tussenstop bij het Openluchtmuseum van Gilan, zo heet de streek. Oorspronkelijke huizen zijn daar weer opgebouwd en geven een mooi beeld van hoe het vroeger in die streek was. Huizen met een dak van stro van rijstenplanten en wanden van modder en balken. De daken waren hoog en heel schuin om de regen goed af te laten lopen. Aan de windkant was het dak langer. Als het rijstenstro wit werd moest het vervangen worden, dit was ieder jaar.
Onze gids legde heel veel uit, erg interesssant. We hoorden hoe er bij de bouw rekening gehouden werd met aardbevingen, door een fundament te maken van gekruiste balken en de stenen van de muren in visgraat te leggen. Er stonden ook een paar grote potten, wij dachten aan voorraadpotten. Het bleken ovens te zijn. In de pot werd een vuurtje gemaakt en men plakte tegen de hete binnenwand een dun plakje deeg. Dat was snel gaar en men haalde het er gauw vanaf voordat het vanzelf in de vuurpot viel. Er was ook een demonstratie van brood bakken op een steen en een soort oliebollen met walnotenvulling werden gebakken. De grotere huizen hadden vaak twee of meer kamers. Mannen gescheiden van de vrouwen maar ook omdat een man 2 vrouwen kon hebben en ze beiden dan een eigen kamer hadden.
Zo kregen we een goede indruk van de woningen, ook al zagen we niet het hele park.
We reden verder over een vlakte en zagen links het Alborzgebergte. Eerst nog met wat bossen, toen kale rotsen en daarna gele bergen. Onze gids stelde voor om te gaan lunchen bij een wegrestaurant, dat kostte de minste tijd. Wij vonden dat ook een leuke ervaring. Het was lekker, schoon en keurig verzorgd en dat voor deze prijs (totaal voor 3 pers. 7 euro).
Op de lichtgele bergen stonden nu veel olijfbomen.
Onderweg kregen we gekruide zaadjes, Tokhme japoni, net als zonnebloemzaadjes. Ze worden hier in grote zakken verkocht. Je kraakt zo'n zaadje tussen je tanden en eet het kleine zaadje dat binnenin zit op. Wij hadden al moeite met het gepriegel terwijl we op de achterbank zaten, maar onze gidsen van de afgelopen dagen doen dat gewoon tijdens het autorijden.
We kwamen 2x in een korte file terecht omdat er een botsing geweest was. Er wordt ook zo ruig gereden, kriskras door elkaar, als er een gaatje is duikt men erin. Snijden en voordringen wordt algemeen toegepast. Langs de kant van de weg stonden veel oude auto's die het hadden begeven en weggetakeld moesten worden.
Keurig op tijd kwamen we bij het station in Teheran. We namen hartelijk afscheid van onze geweldige gids Niloo. Ze heeft ons zoveel verteld en uitgelegd.
Na de bagagescan gingen we naar de toeristenpolitie (visum en ticketcontrole) en opnieuw langs een ticketcontrole. Tijdens het wachten op de trein hadden we allebei meteen weer aanspraak, heel leuk. We konden vrij snel naar de trein gaan. Een luxe coupé voor ons tweeën waar het fruit en water al klaarstond.
We mogen vannacht een uur langer slapen want de klok wordt hier om 12 uur een uur teruggezet. Het is wintertijd en we zijn nu nog maar anderhalf uur later dan Nederland.
Morgenochtend zijn we in Mashhad.
Geschreven door Frouke.en.Albert.op.reis