Met ruim een uur vertraging kwamen we om 9 uur in Tabriz, in het noordwesten van Iran, aan. De chauffeur stond klaar en we reden meteen naar Kandovan. Onderweg zagen we verschillende keren lange rijen met bijenkasten en stalletjes met honing. Kandovan is een dorpje dat tegen de bergwand van de Sahand gebouwd is. Ongeveer 700 jaar geleden hebben de bewoners hun woningen uit het zachte vulkanische tufsteen gehouwen. In de zomer zijn deze grotwoningen heerlijk koel en 's winters zijn ze snel warm. Wij klommen met onze rugzakken omhoog naar een prachtige accomodatie in een grot. Wat een luxe vergeleken met onze overnachting in de trein. In de grotwand zie je overal kleine gekleurde steentjes zitten, heel bijzonder. We wandelden tussen de huisjes door, waar druk gemetseld en gerestaureerd werd. Hopelijk kan men de oorspronkelijke uitstraling behouden. Op de daken worden rozenbottels, brood en vruchten gedroogd. Kandovan lijkt een beetje op Goreme in Turkije waar wij 40 geleden geweest zijn. Het gebied met de tufstenen pieken is hier alleen kleiner. Beneden bij het riviertje, gevoed door bronwater, zijn schaduwrijke bomen en aan de overkant hoge heuvels bedekt met gras. De zon schijnt en geeft een extra mooie sfeer. Bij verschillende huizen staan mannen en vrouwen onafgebroken met een grote lepel te roeren in een pan met gele vloeistof. Het is ghee, geklaarde boter. Binnen in onze kamers is het heerlijk koel. We hebben een eigen keukentje en terrasje waar we van het uitzicht kunnen genieten.
Geschreven door Frouke.en.Albert.op.reis