De kerk van de Abdij is open, ik ga er te voet naartoe, de gite waar ik had overnacht is er maar 300 m af. Hier hebben in de middeleeuwen veel pelgrims overnacht. Achter de abdij was er een veerdienst om de Gave d' Oleron over te steken. De veerlui waren niet altijd eerlijk en vroegen er soms te veel geld voor. Het zou ook gebeurd zijn dat ze opzettelijk een overladen boot lieten kantelen terwijl handlangers stroomafwaarts klaar stonden om de bezittingen van de meegedreven en verdronken pelgrims uit het water te vissen.
Gisteren reeds vernam ik en vandaag opnieuw dat de brug om de rivier over te steken in Cassaber-Carresse buiten gebruik is. Het beste is om terug naar Peyrehorade te rijden, daar dan de Gave d'OLeron over. In de omgeving van Arencou ben ik opnieuw op mijn weg gekomen, dat dorp heeft een 13-eeuwse dorpskerk.
Ik fiets over mooie kleine wegen en kom aan de Bidouze, een zijrivier van de Gave d'Oleron. Het zeer klein dorp Viellenave ligt aan beide uiteinden van een brug, ik moet er niet over maar doe het toch, tot aan het Saint-Jacques kerkje aan de linkse kant. De rivier heeft hier een sterke stroming. Op de oever langs waar ik aankwam en verder fiets staat er een gebouw dat ooit een watermolen was.
In Camou kan men links van de weg een gerestaureerd versterkt kasteel uit de 11-de eeuw zien, het is helemaal niet groot. Dicht bij staat de kerk, omring met een kerkhof, daar bevinden zich verschillende graven uit de 18-de eeuw.
In Saint-Palais met zijn witte huizen met rode deuren en luiken zoek ik naar een plein waar zich verschillende hotels bevinden. In hotel De la Paix overnachtte ik, samen met mijn dochter, dat was op mijn eerste fietstocht naar Compostela in 1989. Nogmaals in dat zelfde hotel in 2001, met mijn vrouw toen we op de GR65 van Aire-sur-l'Adour naar Logroño stapten, eveneens richting Compostela. Ik heb er goede herinneringen aan overgehouden, het was er uitstekend, de bordjes van Le Routard laten nu nog het zelfde veronderstellen. Van in Saint-Palais begin ik een beklimming van 3 km aan 7% naar Gibraltar, de plaats waar drie Franse hoofdwegen naar Santiago samenkomen. Er staat een eenvoudig monumentje.
Wat verder zie ik van op de D933 Ostabat liggen. Het is het eerste dorp op de camino voor de pelgrims te voet na Gibraltar. Ik heb met de fiets van hier nog zeker meer dan 15 km af te leggen om Saint- Jean-Pied-de-Port te bereiken. Het is een drukke baan die voortdurend op en neer gaat, zeer gevaarlijk door de vele auto's.
In Saint- Jean-Pied-de-Port ga ik na de intrek in mijn hotel nog even tot aan de brug van de Nive en langs de kerk in de Rue de la Citadelle. Boven in een nis staat het beeld van Saint-Jean. Ik had me al dikwijls afgevraagd welke heilige Jean in de naam van deze plaats zit of bedoeld word. Het is Saint-Jean-Baptiste, wij noemen hem in Vlaanderen Johannes de Doper.
Het hotel Itzalpea is eenvoudig, zeker goed genoeg, maar de kamer is duur, 87 €. Het ontbijt kost 10€, dat is normaal.
Geschreven door SantiagodeCompostela2023