Update 2 juli: Ja, ik leef nog! De afgelopen maand was zo druk met genieten dat mama en thyra er waren, voorbereiden op de komst van mijn supervisor en dingen met haar doen toen ze er eenmaal was, dat ik niet echt de tijd vond om te schrijven. Van alle avonturen staat er een concept klaar om afgemaakt te worden, dus er komen weer wat verhalen aan de komende dagen! Het is ondertussen al mijn laatste maand hier in Paraguay en al heb ik zin om naar huis te gaan, ik ga het hier ook heel erg missen.. Oké, back to 8 juni!
De constante stroom van mannen die instappen om producten verkopen (bananen, chocoladekoekjes, lippenbalsem) een vrouw die 10 zakken boodschappen de bus in tilt als we op het stoplicht wachten en de reggaeton die door de speakers knalt: een lokaal bus avontuur met de familie is een feit.
Vanuit de meest luxe taxi tot nu toe in 10 seconden de straat oversteken en een bus instappen die maar twee versnellingen en heel veel loshangende onderdelen heeft gebeurt niet elke dag. Volle kracht in de twee de bult op en vooral niet stoppen voor mensen die erin willen want dan komen we niet boven. Hoge toeren draaien is hier geen probleem, zolang je maar boven komt. Met een 4 meter lange bamboe bezem voor het dak instappen? Geen probleem, maar ga wel even door de deur aan de achterkant zodat je geen ogen uitsteekt! Zelf wist ik al dat het verkeer en daarmee ook het openbare vervoer in Paraguay een gekkenhuis is, maar voor mama en Thyra was dit zeker een heel avontuur.
Het plan was om vandaag naar Itauguá te reizen, via Areguá. Itauguá staat namelijk bekend om het kantklossen, ñandutí en Areguá om zijn keramieken kunsten, kerk met uitzicht op het meer Ypacaraí, en een "kustlijn" aan het grote meer zelf. Gegoeg te beleven dus. We waren alleen wel een beetje bang dat we niet in het centrum van Areguá aan gingen komen, maar bij een boerderij ergens op het platteland, want de bus reed verder en verder van de bewoonde wereld af, en een bordje met haltes (of überhaupt haltes) hebben ze hier niet. Gewoon blijven zitten, lachen en ons verbazen over het interessante scala aan passagiers was de beste keus. Uiteindelijk reden we over een straat van kinderkopjes langs de kerk, waardoor we wisten dat het centrum van Areguá niet meer ver weg was. Vijf minuten later zagen een een huis vol met keramiek-kunst: hier moeten we eruit! Het huis had een verzameling van kunst van lokale kunstenaars en was sinds 12 jaar dé verzamelplek van keramiek in het dorp. We hadden geluk, want het was nog vroeg en het huis was pas sinds kort weer open na renovatie. Dit betekende geen andere toeristen (al zijn die er in Paraguay toch niet echt) en een "huisbaas" die ons gewoon ons ding liet doen, zonder te volgen of dingen te proberen te verkopen.
Niet dat verkooppraatjes nodig waren. Mama Thyra er ik vertrokken met een tas vol keramieken goodies, waaronder twee keramieken hoofden voor aan de muur bij mama en Thyra, en wat kleine keramieken hangertjes voor aan mijn "muur-met-dingen" in Nijmegen. Sorry Lars.
Hierna was het tijd voor een kopje koffie. De zon scheen weer na een paar dagen afwezigheid, wat de ochtendkoffie een stuk aangenamer maakte. Je kon goed zien dat Areguá in de zomer een plek is voor Paraguayaanse toeristen, want alle tuinen en kraampjes zijn mooi ingericht en opgevrolijkt voor de zomergasten die naar het meer komen voor verkoeling. Nu, in de Paraguayaanse winter, waren wij de enige met blote benen en een andere nationaliteit.
Die blote benen waren sowieso een hele bezienswaardigheid voor de Paraguayanen. Nadat we wat hadden gegeten aan het meer (waar het geweldig kalm was, zie foto's), gingen we op weg naar de bus. Onderweg kwamen we steeds meer kraampjes met keramiek tegen, maar deze lokten ons niet zo erg. Spongebob, minions en de eiffeltoren stonden in grote groepen in de kramen, die werkelijk de hele weg in beslag namen. Één kraampje had nog hele mooie schaaltjes en kopjes, maar deze was dicht. Papa zal blij zijn dit te horen. Terwijl we onze weg vervolgden, staarde alle kraamhouders ons aan met een verbaasde blik. Één vrouw durfde het wel te vragen: "Hebben jullie het niet koud?!" ze legde haar ijskoude handen op mijn warme arm en keek me vol verbazing aan. "Hoe kan je het nu warm hebben, het is zo koud!" Het was op dat moment 19 graden en zonnig.
Ook in de bus zelf werden we van alle kanten aangekeken. Ik was wat verder achterin de bus gaan zitten, waar ik hoorde hoe de vrouwen voorin Thyra en mama met dezelfde vragen bekogelden: hoe kon het dat ze het niet koud hadden??? Zelf zaten de Paraguayanen in dikke jassen (het meisje naast mij droeg zelfs een muts) te bibberen. Thyra's hoofd was ondertussen rood aangelopen door zowel de warmte als de Spaanse vragen die ze niet begreep en zelf kreeg ik het ook goed warm in de benauwde bus. Kwestie van mentale kou, of zouden ze het echt koud hebben doordat de zomers hier zoveel heter zijn? Grappig was het in ieder geval wel.
Na een tijdje was de lol er wel vanaf en waren we ook al bijna in Itauguá. Dit stadje ligt aan de grote (en enige) snelweg in dit gebied, wat nogal gek is als je bedenkt dat die lieve gehaakte kleedjes hier vandaan komen. Er was geen centrum te bekennen en de winkels die er waren verkochten alles behalve kant... Zitten we wel goed? We besloten dat we waarschijnlijk te vroeg waren uitgestapt en gingen weer langs de weg staan voor de volgende bus. Die kwam snel genoeg en op de bus stond heel groot Itauguá: moet goed zijn. Toen we echter 5 minuten in de bus zaten en steeds minder gebouwen om ons heen zagen begon mijn vertrouwen in dit busritje toch wat te minderen... de stad lag toch heel dicht bij die snelweg? Navragen bij de buschauffeur bevestigde dit: We zaten in een bus die van Itauguá afkwam, niet één die ernaartoe ging! Gelukkig konden we vanuit het Hospital Nacional (waar deze bus dus naartoe ging) weer in een andere bus stappen die langs het centrum ging... Laten we maar zeggen dat niet alles in één keer goed kan gaan en we veel te veel geluk hadden gehad tot nu toe.
Het centrum van Itauguá stelde eigenlijk niet heel veel voor. Kant hebben we niet gevonden (de beloofde markt was ofwel dicht voor de winter ofwel dicht voor een hele lange middagslaap...) maar wel hebben we een lekker ijsje gegeten en een botsing met twee auto's gezien. Toen we toch nog even aan de andere kant van de snelweg (het centrum bleek op 5 minuten loopafstand te liggen van waar wij de bus hadden genomen...) gingen kijken omdat de ijsvrouw had gezegd dat daar de markt lag, kwamen we naast een omgevallen paal waar ik keihard mijn schenen tegen stootte niks tegen...
Warm, teleurgesteld, blauw (ik dan) en moe gingen we weer op zoek naar een bus richting Asunción. Het was een mooie dag geweest en we hadden wel genoeg gewandeld en de toerist uitgehangen. Een heerlijk diner in Bolsi zorgde voor een geweldige afsluiter van deze dag.
Zo zie je maar: ook als 2/3 van het gezelschap geen woord van de taal spreekt en je de enige bent met blote benen kan je makkelijk rondreizen in Paraguay, leuke dingetjes kopen, lekkere gebakjes eten en vooral heel erg veel lachen!
Geschreven door Janeris.reisblog