First things first: bedankt voor het lezen van deze verhaaltjes! Erg leuk om te horen dat jullie ze lezen en dat mijn gebazel een beetje in de smaak valt. Hopelijk ga ik niet vervelen en blijven jullie het vermakelijk vinden om te lezen wat wij hier doen in de weekenden!
Dit weekend was eigenlijk het weekend dat we weer terug naar het binnenland zouden gaan. Het was echter heel onduidelijk wat onze taken daar zouden zijn en na overleg met onze supervisors leek het ons een beter idee om nog wat langer aan de kust te blijven. Hier kunnen we namelijk ook nog genoeg doen en is er naast het werk wat meer te beleven dan in Basse, waar naast het MRC niks te doen is. Ook komt de familie van Cynthia volgende week (vrijdag al!!) langs, waar we sowieso weer voor terug naar de kust zouden gaan (ik als surrogaatfamilielid). Nu zitten we dus nog twee weekjes langer in de luxe van Fajara, die vanaf woensdag nog een verdere upgrade krijgt: we mogen het appartement met infinity pool en uitzicht op zee van onze begeleider beveiligen door erin te wonen voor anderhalve week! Nu er geen lange autorit op de planning stond dit weekend moesten we snel iets anders bedenken. Gelukkig is er genoeg te beleven: lees en gij zult weten.
De dag begon met een wandeling naar Bakau en Cape point, waar we de vorige keer een botanische tuin hadden gespot die dicht was omdat het zondag was. Ontbijt ingepakt en gaan, voordat het te heet was om de wandeling van zo’n 5-6km aan te gaan. Ons idee van een romantisch ontbijt in de tuin (soms zijn Cynthia en ik net een pasgetrouwd stel met al onze romantische uitjes) viel echter al snel in het water, toen bleek dat de tuin niet alleen op zondag, maar het hele laagseizoen dicht is. Verslagen besloten we het ontbijt maar op te eten aan het strand, waar nog geen hond te bekennen was door het vroege tijdstip; dikke prima.
Op onze terugweg naar huis werden we op de hoogte van de dichte tuin nagefloten door een man. Aangezien dit fluiten ondertussen vaste prik is negeerden we het eerst. Toen hij overging op schreeuwen wierpen we toch maar een dodelijke blik in zijn richting, om erachter te komen dat het Chief was, de bewaker met wie we hadden gekletst bij ons vorige bezoek. Hij had ons op de heenweg herkend en had even rondgebeld voor de sleutel van de tuin! Vol trots liet hij ons binnen in ‘the medicinal garden’, een tweede deel van de botanische tuin die meer weghad van een vervallen moestuin dan een tuin waar je medicinale planten kan vinden.
Aangezien hij de bewaker van de Britse ambassade was en totaal niks wist over planten en de tuin, was de hele persoonlijke tour die we kregen vooral erg lachwekkend. Het oplezen van de Latijnse namen van de plant ging al moeizaam en het feit dat 70% van de planten dood was werkte ook niet echt in zijn voordeel. ‘Yes, this plant is very nice medicine, but it is dead. Here you can read the name of the plant that stood here but it is dead also.’ Het feit dat Chief zoveel moeite had gedaan om twee wildvreemde, plantengekke meiden (waarom zouden ze anders twee keer langs komen om te kijken of de tuin open is??) toegang te geven tot de tuin was wel een heerlijk hartverwarmend begin van de ochtend.
Dit gevoel werd alleen maar versterkt toen we een brood gingen halen bij een van de miniwinkeltjes langs de weg. Toen de man achter de toonbank erachter kwam dat we voor het MRC werkten lichtten zijn ogen op en vertelde hij dat het MRC heel veel voor hem betekent. Zijn zoon was namelijk geboren met hartklachten en zou niet oud zijn geworden als er niks aan gedaan werd. Het MRC heeft toen gezorgd dat hij naar Noorwegen kon voor een hartoperatie, waar de jongen een stuk gezonder uit is gekomen. Nu kan hij weer lekker voetballen en zelf naar school wandelen, iets waar voorheen niet eens over gedroomd werd! Vlak voordat we weg wilden lopen met ons brood kwam er een groep jongens aangerend, waaronder het zoontje van de winkelbaas. Schaapachtig liet deze zijn grote litteken op zijn borst zien, terwijl zijn vader vol trots toekeek en ons nog een keer bedankte voor het harde werk (haha). Heel bijzonder om een persoonlijk verhaal als deze te horen te krijgen en te weten dat het MRC zo’n grote impact kan hebben op een leven!
Na deze enerverende en positieve ochtend was het tijd om iets te doen waar we in Nederland maar al te goed in zijn: shoppen! Sorry mannen, volgende keer weer spannende krokodillenverhalen maar Cynthia en ik konden niet wachten die Afrikaanse stoffen eens van dichtbij te bekijken. Hier wordt alle kleding namelijk met de hand gemaakt, waarbij je de stof en het idee aflevert bij een tailor, die het dan voor je in elkaar flanst. Onze medestudenten hadden dit allemaal al eerder gedaan en pronken elke vrijdag (vrijdag = Afrikadag) met hun mooie rokken en shirtjes, maar gelukkig wilden ze wel met ons mee op jacht.
Eenmaal in Serrekunda was het weer de heerlijke chaos die we gewend zijn, maar ik had wel het idee dat ik er steeds beter mee om kan gaan. Negeren en geen oogcontact maken lijkt goed te helpen en het feit dat we een doel hadden en daar heel doelbewust op afliepen scheelde ook enorm. Er is namelijk een stuk aan de hoofdstraat van de markt die vol staat met stoffenkraampjes. Zowel overdekt als buiten onder een Africell parasol werden de stoffen per meter verkocht. Stoffen in de mooiste volle kleuren die je maar kan bedenken, met prints en patronen waar mijn grijpgrage handjes erg hebberig van worden. Het was maar goed dat ik niet zo veel geld had meegenomen, want alles was mooi en jullie weten hoe erg ik van mijn geprinte kleding houd. Vooral de overdekte winkels waren erg indrukwekkend, met stapels stof tot aan het plafond en maar een halve meter loopruimte tussen alle rekken. Onderhandelen was zeker nodig maar de overdekte winkels hadden vaste prijzen en de mannetjes op straat deden niet zo moeilijk, waardoor we binnen no-time weer op weg naar huis konden met in onze tas een leuke selectie aan printjes.
Het resultaat laat nog even op zich wachten omdat het tot nu telkens heeft geregend wanneer we naar de tailor wilden gaan, maar zodra het gemaakt en af is zullen we een fotoshoot houden ;). Eenmaal Thuis bleek wel dat deze outing ook zonder de kleding nog een tijdje zichtbaar gaat zijn op mijn lichaam, want mijn hals en rug waren heel mooi verbrand in de vorm van mijn jurkje; niets zo mooi als een tan-line die niet overeenkomt met je bikini!
Liefs,
Janeri
Geschreven door Janeris.reisblog