Na drie dagen werk (hoera voor tobaski!) was het alweer tijd voor het weekend. Plannen hadden we niet echte gemaakt en het idee was om de zuidkust misschien eens te verkennen, aangezien we al veel goede verhalen hadden gehoord over die kant van Gambia maar nog geen kans hadden gezien hier naartoe te gaan. Echter, terwijl ik weg was voor een dramatisch hardlooprondje was onze bovenbuurman (ja die leuke) langsgekomen om de bodyboards en het surfboard van Antoine te lenen. Cynthia wist te vertellen dat hij naar een of ander evenement ging morgen en dat we meekonden als we wilden.. Beetje vaag was het wel. Hij had ons dezelfde avond ook uitgenodigd voor een drankje bij MAMA’s, dus na ons uitgebreide avondeten van rijst, bonen in tomatensaus uit blik en boontjes (koken is hier nog steeds niet echt ons sterkste punt) gingen we nieuwsgierig op pad naar MAMA’s.
Waarom mijn hardlooprondje zo dramatisch was? We hadden geen water meer en water uit de kraan is niet zo proper hier, dus ik had de geniale ingeving om water uit de kraan te koken en in de koelkast af te laten koelen terwijl ik mezelf opwarmde tijdens de loop, zodat ik het kon drinken als ik oververhit weer terugkwam. Cynthia had daarbij nog het geniale idee om het water eerst een paar keer over te gieten in een andere pan, om het zo al wat af te laten koelen. Super goed plan, laten we het even snel snel doen zodat ik nog voor het donker terug kan zijn van de run.. HA. Dit is precies waar het allemaal misging, want Janeri en ‘vlugvlug doen we even’ gaat niet goed samen. Voeg daar nog een pan met kokendheet water aan toe en je hebt drie verbrande vingers. Na 10 minuten koelen (die eeuwig duurden want de zon was al bijna richting horizon aan het zakken) toch maar die patta’s aan en gaan. Little did I know dat het keihard vloed was op dat moment, een onaangename verassing als je denkt even snel je 5k op het strand te maken. Hop, de branding in en door het water dan maar.
Op de helft van mijn rondje is een geul die overgestoken moet worden om de andere kant van het strand te bereiken. Bij eb is dit makkelijk te doen en komt het water niet hoger dan je enkels, maar bij vloed is dit een heel ander verhaal. Het zag er allemaal aardig woest uit en ik zat al te denken aan teruggaan, toen een mannetje langs het strand me vertelde dat je best naar de overkant kan gaan. Naïeve Janeri stapt dus vol goede moed het water in, om gelijk tot haar oksels in het water te staan. Helemaal niet erg natuurlijk, tenzij je een IPod in je broekzak hebt die niet zo goed tegen water kan..
Maar goed, volledig opgeladen en toe aan een biertje kwamen we aan bij MAMA’s, waar Jonas met twee andere meiden al aan het genieten was van een drankje. Een van de twee meiden bleek uit Nijmegen te komen, hoe toevallig! Het bodyboard event bleek een hele mooie surfdag te zijn aan onze eigen kust, waar we nogmaals voor werden uitgenodigd. Overtuigingskracht was niet nodig, want ik had de golven nu al een paar dagen van afstand bewonderd en kon niet wachten om ze eens van dichterbij te bekijken. In Portugal hebben we al eens eerder met bodyboards de golven “bedwongen” maar dit was toch wel weer een tijdje geleden…
Vroeg op de volgende dag en voor ik het wist stonden we met onze enkels in de branding terwijl de golven woest tekeergingen. Dit was toch wel andere koek, de golven waren hoger dan ik ze ooit had gezien. Gelukkig ben ik aardig overtuigt van mij zwemkunsten en achtte ik de kans op verdrinken klein genoeg om het avontuur aan te gaan. Klitteband om de arm en gaan! Het moeilijkst was nog wel door de branding heen komen naar de echte golven, want je benen werden constant onder je vandaan geslagen door het water. The sea swept me off my feet! Toen we eindelijk in open zee aankwamen (excuseer mijn teleurstellende zeejargon, zee en ik hebben niet veel ervaring met elkaar) moesten de armen en longen eerst even uitrusten voordat ik het lef had een golf te “pakken”. Peddelen als een malle en dan hopen dat je board blijft drijven. Het gevoel dat je krijgt als je bovenop de golf ligt en al dat geweld onder je board voelt terwijl je vooruit gestuwd wordt is niet te beschrijven, maar ik kon er geen genoeg van krijgen. Peddel peddel, door de branding, kopje onder om onder de golven door te duiken, peddel peddel en omdraaien om weer richting strand te cruisen.
Echt surfen was het niet, maar ik voelde me een echte surfbabe terwijl ik de branding trotseerde in mijn badpak en met mijn haar één grote bende. Het feit dat Jonas eruitziet als een 200% surfdude hielp natuurlijk ook wel mee.
Na een stuk of 20 golven en een stuk of 50 keer kopje onder was het wel genoeg zout voor ons. Mijn armen waren rood geschaafd van het board die stiekem iets te breed was voor mijn korte armpjes, en de schouders en rug hadden in tijden niet meer zo hard hoeven werken; we hielden het voor gezien voor de dag. Gelukkig was het nog niet eens middag door de belachelijk vroege start van de dag, wat betekende dat er nog een hele dag van chillen in het vooruitzicht lag! Weekenden als deze herinneren me dat ik heeel erg veel geluk heb om hier te zitten voor mijn masterstage. Het voelt elk weekend en elke minuut na werk alsof we op vakantie zijn. Na werk een beetje lui baantjes trekken in één van de twee zwembaden, of de 5 minuten naar het strand afleggen om vanuit de golven de zon in zee te zien zakken. Ik klaag niet.
Liefs,
Janeri
Geschreven door Janeris.reisblog