Sanyang

Gambia, Sanyang

Om alles uit het laatste weekend voor onze weken in eenzame opsluiting in Basse goed te vullen, besloten Cynthia en ik samen met de Vlaamse Michael en Britse Angus op avontuur te gaan naar de zuidkust. Deze kustlijn is namelijk bekend als toeristische attractie en schijnt heel mooi en relaxt te zijn. Nu de toeristen er nog niet zijn zou het dus alleen mooi en relaxt moeten zijn: precies waar we naar op zoek waren! Sanyang is de plek van Paradise en Rainbow Beach en dit was onze eindbestemming.

Om daar te komen moesten we 2 Galligallies (de busjes volgepropt met mensen) nemen, maar zonder veel problemen (verbrande billen door een hete stoel waar Michael me niet over had gewaarschuwd daar gelaten) stonden we 45 minuten later op de hoofdzandweg van Sanyang. Het was een helderblauwe hete dag en we hadden geen idee hoe ver het nog lopen was naar het strand. Terwijl we aan het discussiëren waren of we een taxi zouden nemen of het op een wandeling zouden wagen, zocht Angus naar een Bitik voor een koud drankje. Deze vond hij niet, maar wat hij wel op de kop tikte was nog veel beter: lokale ijsjes! Ze bevriezen hier plastic zakjes met sap, waarna je een puntje van het zakje open kan bijten en het ijs op kan zuigen. Superzoet, superkoud, superlekker. Precies wat we nodig hadden om ons te doen geloven dat we best naar het strand kunnen lopen. Zo ver zou het toch niet zijn?


20 minuten later dachten we wel anders, terwijl de zandweg zich voor ons uitstrekte en er nog geen zeebriesje te bekennen was. ‘Not too far. Just over there’ was het antwoord van iedereen aan wie we vroegen hoe ver het was naar het strand. Dat we dit al zo’n 2 kilometer als antwoord kregen gaf ons niet veel moed, maar toen het de moed me net echt in de schoenen begon te zakken kwamen we een bordje tegen. “Jungle Beach: Fresh Drinks, Food and Free WiFi”. Daar moeten we zijn.
10 hete minuten later balen we toch wel dat we geen taxi hebben genomen. De horizon is te zien in de verte, maar de palmbomen zien er nog klein uit en het pad loopt omhoog. Achter ons horen we een auto aankomen en vol goede hoop kijken we om. Een bomvolle Galligalli die duidelijk geen plek heeft voor 4 verbrande toubabs. Achter deze bus rijdt een luxe pick-up wagen. Geen taxi. Terwijl we weer langzaam doorstappen gaat de pickup langzamer rijden en komt uiteindelijk tot een stop voor ons. “Get in the back, I will give you guys a ride!” Het ene moment liepen we over het hete rode zand en het andere moment wapperden onze haren in de wind terwijl we langs de uitgedroogde lagoon raceten. Waar we uit gingen komen wisten we niet, maar de zeegod was ons goed gezind, want de chauffeur moest precies zijn waar wij heen wilden: Rainbow Beach.

Stiekem had ik niet verwacht dat we het echte strand zouden vinden, maar zodra we de zee zagen zagen we ook een miniatuur resort: gekleurde riethouten afdakjes met daaronder mooie grote tafels waar je van een drankje of hapje kan genieten of ligstoelen waar je in de schaduw een dutje kan doen. Het was heerlijk rustig en het uitzicht was een hele verandering van ons eigen strandje. Langs de kust lagen de beschilderde vissersbootjes op het strand of aan anker in de branding en aan de rechterkant had je een geweldig uitzicht op de rest van de golf waar we ons in bevonden. Terwijl de rest nog even bijkwam van de wandeling kon ik niet langer wachten om de zee te verkennen. Nu het regenseizoen tot zijn einde komt (we hebben de laatste regenbui waarschijnlijk al gehad!) wordt het koeler in de avond en koelt ook de zee wat meer af. Dit is alleen maar fijn, want toen we hier aankwamen was het water de temperatuur van de lauwe kleuterbadjes in openbare zwembaden... niet echt relaxed. Nu was het water echter bijna koel en waren er zelfs wat koude stromingen: perfect om de hele dag in te relaxen en badderen. Het enige nadeel was het zeewier dat in grote hoeveelheden aanwezig was… wier maakt geen mooie haarextensies!
De dag bestond verder vooral uit luieren, zwemmen, zonnen en volgende reisjes plannen, want deze trip was zeker de moeite wel waard. Geen irritante ‘bumsters’ of grote groepen voetballers en zo’n relaxte omgeving dat je niet anders kan dan je ontspannen.

Ik hoor mezelf nog zo zeggen ‘everything went so smoothly!’ voordat het lot zich tegen ons keerde. Alsof we te veel hadden relaxt gedurende de dag besloot de terugreis iets minder soepel te verlopen. Eerst besloot het ijsje van zowel mij als Angus te ontploffen in onze handen, waardoor ik helemaal onder de Baobab sap kwam te zitten. Galant bood Angus aan dat we onze handen wel uit het raampje konden wassen met wat water, wat door de snelheid van de bus en de wind resulteerde in een volle douche voor mij en de mensen achter mij. Even later komen we terecht in een file en in plaats van te wachten tot het vanzelf oplost verklaarde onze chauffeur dat hij niet meer verder zou rijden. Daar stonden we dan, 4 gedroogde en gezouten studenten in het centrum van West-Afrika, Serrekunda. Er was geen elektriciteit omdat er problemen waren met de hoofdgenerator en we waren niet heel zeker waar we naartoe moesten om een andere bus te vinden. Het contrast met het kalme strand had niet groter kunnen zijn: overal liepen mensen naar elkaar te schreeuwen, auto’s naar elkaar te toeteren en ezels naar elkaar te balken. De stroomstoring stopte de kraamhouders er niet van hun verkooptactieken in de strijd te gooien en overal om ons heen werden we toegeroepen terwijl we probeerden zo stevig mogelijk door te stappen zonder overreden te worden of iemand van zijn fiets te lopen. De bekers en emmers werden met goedkope zaklampjes beschenen waardoor je bijna niet kon zien of je je voet op een stuk asfalt of in een diep gat met vies smurriewater zette en alle auto’s gebruikten hun grote licht.

Al met al was het weer een heerlijk chaotisch feestje die ons met beide voeten op de grond zette: Afrika zal voor altijd een gezellig zooitje blijven. Toen we uiteindelijk bij onze bekende burgertent op 5 minuten loopafstand van ons appartement zaten te eten (onder het licht van onze mobiele zaklamp) besloten we dat het zeker de moeite waard was geweest: De galligallies zijn zo spotgoedkoop dat je een uur kan reizen voor 28 dalasi: iets meer dan 50 cent. Dat je dan soms uit de bus wordt gezet in een donkere stad moet je maar voor lief nemen.

Liefs,
Janeri


Geschreven door

Al 2 reacties bij dit reisverslag

Naar dat strand moeten wij dan ook maar eens gaan! Of is dat vlakbij ons huis? De pepernoten van de pepernoten fabriek hebben we vanochtend gekocht :)

Jannet 2016-10-21 11:26:57

Het blijft boeiend! Er is nog iets over om tijdens een volgend bezoek te ontdekken / te ervaren :).

Nico 2016-10-21 16:09:01
 

Over deze reis
Aantal reisverslagen:
GPS afstand deze dag:
GPS afstand totaal:
Aantal foto's:
Laatste verslag:
Reisduur:
Reisperiode:

Of schrijf je reisverhalen via de app

Met de Pindat App kun je offline reisverhalen schrijven en foto's toevoegen. Zodra je weer internet hebt kun je jouw verslagen uploaden. Ook via de app plaats je gratis onbeperkt foto's.



Klik op 1 van onderstaande knoppen om de app te installeren.