Genoeg gerelaxt bij het zwembad weer.
Vandaag is de dag dat Rob 2 duiken gaat maken. Hij heeft zijn PADI dus logisch dat je dan in Bali die onder water wereld ook wilt zien. Het is een georganiseerde duik, inclusief het vervoer vanuit het hotel, in Tulemban, het noord-oosten van Bali.
Bianca, Sander en ik gingen die richting uit met onze Ketut via wat stops om daar te snorkelen.
Het oude dorp Tenganan, is in vergelijking tot het eerder bezochte Balinese dorp, veel minder toeristisch en heeft zijn originele authentieke uitstraling bewaard weten te houden. We zagen hier bewoners die hun hand gemaakte waren probeerden te verkopen, gelukt bij ons weer 😁.
Hier doen ze aan hanen vechten, voor geld, en we troffen ze aan in alle kleuren.
We mochten binnen kijken in een huisje van meneer x van 92, vol trots liet hij alles zien. En wij konden alleen maar denken ach god, arme man. We troffen dames die dag in dag uit aan het weven waren, waar ze een piep klein centje mee konden verdienen.
Heel mooi, bijzonder, om even in het leven van hun ‘keuken’ mee gekeken te hebben.
Hier na deden we de tempel gelegen in de water tuinen van Tirta Gangga aan. Het was hier rete druk poahh, dus zijn we er op de Japanse manier doorheen gelopen: klik klak,
foto in de zak, en doooor.
Nog even voor we Tulemban bereikten besloten we een tentje aan te doen hoog gelegen met rijstvelden uitzicht. Dit om de nodige vocht en een lekkere lunch te nuttigen. Tenminste dat dachten we, aan de hand van Tripadvisor. De kaart keuze echter was: koffie of thee, kokosnoot drank, en gebakken banaan 😊, that’s it. Deze eigenaresse had het super kleine tentje tegen de rotswand, aan de kant van de weg, pas een maand geleden overgenomen, zodoende ook een andere nog in proces zijnde ‘menukaart’. Wij, ook Ketut, namen de gebakken banaan (variatie in lunch moet je er even in gooien zo af en toe hè) met een bakkie gember thee en/of kokosnoot melk.
En met dat uitzicht voor ons, ver kijkend over de rijstvelden, smaakte dat nog verdomd lekker ook allemaal!
Rob was inmiddels klaar met zijn duiken, dus tuffden we met een gangetje van maximaal 50km per uur (zo langzaam Ketut loopt, zo rijdt hij ook) naar Tulamben om hem op te halen voor het snorkelen.
De aapjes zaten, weer langs de kant van de weg, uitdagend naar ons te kijken of we hen wat voedsel zouden toewerpen vanuit het autoraampje. Neuhjj, doe maar alleen een fotootje maken dan, dat leek een stuk veiliger haha.
Dit gedeelte van Bali ligt trouwens dicht bij de vulkaan Gunung Batur waardoor de stranden hier zwart kleuren. Eerlijk gezegd heeft dat wel een minder tropische feeling dan geel/wit-geel strand hoor. Ketut zei dat de vulkaan aan het rommelen was maaaar, zo zei hij, hij zou niet uitbarsten hoor 😬.
Top, dat stelde gerust hahaha….toch?
Onder water, aan het korte strandje, bij een leuk tentje, was het weer een plaatje om te zien. Veel koraal, in mooiere kleuren dan de vorige snorkeltour, en dito (wel minder veel) kleurige vissen. De mannen zagen bij hun 2e keer zelfs een schildpad. Het leuke restaurantje had een oké kaart voor een klein hapje en een drankje voordat we zongebrand en voldaan onze terugweg aangingen. In het donker, zonder straat verlichting, reed Ketut ons door kronkelige weggetjes weer veilig terug naar ons hotel. Daar werd onder het genot van ons avond eten nog een dansje gemaakt met 2 Balinese dames. Vergeleken met hen zijn wij maar houten klazen hoor. Die meiden bewegen handen en heupen en tenen zoals wij die never nooit voor elkaar kunnen krijgen. Het leverde leuke filmpjes en foto’s op, dat dan weer wel.
Ik zeg welterusten.
Geschreven door Saskias.reisverhalen