Vandaag na het ontbijt alles weer in de auto geladen en door het drukke verkeer George Town doorkruist. Gisteren was de brug naar het vasteland afgesloten wegens een brand, maar vandaag is de brug gelukkig weer open. We rijden de hoge en lange brug over en zetten koers naar het noorden.
We hebben een overnachting geboekt bij het Belum Rainforest Resort. Het hotel ligt op een eilandje in het Royal Belum Perak State Park tegen de grens met Thailand het is zo'n 200 km rijden. Het is een gebied waar weinig toeristen komen. De meesten rijden meteen door naar Kota Bharu, maar het park is echt een aanrader na het toeristische Taman Negara.
Het eerste stuk is niet zo mooi, druk en veel doorgaande wegen. Later na Kupang wordt de omgeving mooier, de weg minder breed en bochtiger en gaat de rijsnelheid behoorlijk omlaag. Het hoost hier. De auto's gaan rustiger rijden, houden zo waar afstand en niemand haalt meer in. Op een gegeven moment zien we een auto aan de kant staan en een paar minuten later zien we een auto tegen de rijrichting in schuin in de berm staan. Daar is iets niet goed gegaan, bochtje gemist.
We rijden in een sliertje auto's en niemand stopt, dus het zal wel goed zijn. Wat kunnen wij doen als zelfs de Maleiers niet stoppen. Als we denken dat het niet harder kan regenen, gaat het nog harder regenen, nu kunnen de ruitenwissers het helemaal niet meer aan. Gelukkig zien we een beetje hoe de weg loopt door de remlichten van de auto's voor ons die zo nu en dan oplichten. Plek om te stoppen is er niet, dus we rijden maar door net als de rest.
Een tijdje later wordt het weer droger, het miezert nog wat na en dan doemt het meer ineens op. Wat een verrassing. We stoppen op een parkeerplaats bij een hotel voor we de brug op rijden om van het uitzicht te genieten.
Als we aankomen bij het hotel op het eiland Banding moeten we even wachten, de kamer is nog niet klaar dus we gaan zitten op het terras met uitzicht op het Temenggor meer en nemen wat te drinken. Het uitzicht is schitterend. Aan de overkant ligt ook een hotel maar de eerlijkheid gebied te zeggen dat het er hier veel mooier uit ziet.
Als het drinken op is, is ook de kamer klaar en lopen we naar ons verblijf voor de komende twee nachten. Het is een schitterende kamer, modern maar toch heel sfeervol ingericht met hout aan de muren en een gigantische inloopdouche.
We zijn er een beetje stil van. We rusten even uit en lopen richting het restaurant om daar te kijken wat we in de omgeving kunnen doen. Er wordt een boottocht aangeboden, maar die is best aan de prijs. We moeten er even over nadenken. We lopen van het hotel naar de waterkant en kijken bij de aanlegsteiger. Er liggen twee motorbootjes met enorme motoren aangemeerd. Dit zijn de boten waarmee ze over het meer varen.
's Avonds voor het eten raken we aan de praat met een ander Nederlands koppel, ook zij willen wel graag de bootexcursie doen, maar vinden het ook aan de dure kant. We proberen de prijs naar beneden te praten als we met z'n vieren gaan. We krijgen wel iets af van de prijs maar niet veel. Nu is het zo dat hier nauwelijks toeristen zijn, dus de boot vol krijgen ze nooit. Na het eten sluit ook een ander Nederlands stel aan bij ons groepje en nu we met z'n zessen zijn wordt het interessanter. We gaan nogmaals praten aan de balie waar de excursies geboekt kunnen worden. We komen een prijs overeen voor de huur van de boot voor een tocht van ca. 6-7 uur. We gaan dan o.a. op zoek naar de rafflesia bloem, olifanten en zullen een bezoek brengen aan een dorpje van de Orang Asli stam.
We nemen met de hele groep nog een laatste drankje en gaan dan naar bed. Morgen om half tien moeten we bij de boot zijn.
Geschreven door Ellens.reizen