Vandaag gaan wij 2 plaatsen bezoeken, te weten Dinard aan de kust en Dinan in het binnenland.
Van Dinard naar Dinan bedraagt de afstand circa 25 kilometer.

Om van ons huis in Dinard te komen, is circa 25 kilometer. Tussen de plaatsen Saint-Malo en Dinard stroomt de rivier de Rance in Het Kanaal. De rivier is hier heel breed en bij de monding is een waterkrachtcentrale gebouwd, die gebruikmaakt van de getijdenbeweging, de Waterkrachtcentrale Rance.

In Dinard parkeren wij in een ondergrondse parkeergarage, onder een overdekte markthal.
Het is niet ver lopen door de keurige straten naar een van de stranden van deze elegante badplaats.
In de beginjaren van de vorige eeuw raakten rijke families verzot op deze plek en lieten zij hier dure villa’s bouwen. Tegenwoordig is Dinard met haar casino, kunstgaleries en mooie hotels nog steeds een zeer populaire badplaats.
Wij lopen door een aantal straten in het centrum en kijken bij een van de stranden. Het kan ons niet echt bekoren en zijn er vrij snel uitgekeken.

Dan rijden wij naar de plaats Dinan. Dat blijkt voor ons een veel interessantere stad te zijn.

De auto kunnen wij kwijt op een parkeerterrein bij het historische centrum (centre historique). Als wij na een paar minuten lopen bij de straten van dit centrum komen, lopen wij recht de Middeleeuwen in. Vakwerkhuizen uit de 15e, 16e en 17e eeuw staan hier zij aan zij. Het is er levendig en op de terrassen is het gezellig druk.
Omdat wij wel trek hebben, lopen wij binnen bij restaurant Crêperie l'Entracte. Om in Bretonse sferen te blijven, eten wij daar een heerlijke, hartige crêpe.

Terug buiten lopen wij verder door de gezellige straatjes vol winkels, restaurantjes en woonhuizen. Er speelt een straatmuziekante haar deuntjes, waar veel voorbijgangers even naar blijven luisteren.
Wij lopen door de smalle straatjes rond de klokkentoren (La Tour de l'Horloge), die dateert uit het einde van de 15e eeuw. Deze toren heeft een van de oudste klokmechanismen van Europa, uit circa 1500.

Bij een winkel staat een in verre staat van ontbinding verkerende bromfiets, een Solex, het rijwiel met hulpmotor. Mijn vader had zo'n Solex als eerste brommer, waar ik stiekem wel eens als nog geen 16-jarige op gereden heb. Herinneringen.

Als wij bij de Saint-Malo-kerk (Église Saint-Malo) komen, gaan wij deze binnen. Het gebouw heeft een hele geschiedenis achter zich. Met de bouw is in de 15e eeuw begonnen en het einde van het werk was in de 19e eeuw. Ook deze kerk heeft weer prachtige glas-in-lood ramen.

Deze stad kent nogal wat hoogteverschillen, sommige straten zijn vrij steil. Zo lopen wij de Rue du Jerzual eerst naar beneden en daarna terug omhoog, dit is een pittige klim. Deze straat heeft hellingen tot wel 33% en is geplaveid met kasseien. Vroeger leefden hier wevers en leerlooiers. In de straat bevindt zich nog een oude stadspoort uit de 14e eeuw en loopt door tot aan de haven van Dinan, aan de rivier de Rance.

Waar wij tijdens ons bezoek aan deze stad geen aandacht aan geschonken hebben, zijn de oude stadsmuren en er is een kasteel. Ook de basiliek van Saint-Sauveur hebben wij niet bezocht.
Tijdens het terug naar huis rijden, komen wij nog onder een enorm viaduct door, dat het dal van de rivier de Rance overspant, dat een hoogte heeft van 40 meter en een lengte van 250 meter.

Terug in Cancale brengen wij nog een bezoekje aan de Saint-Méen-kerk (eind 19e eeuw). Daarvoor staat het levensgrote standbeeld, tevens fontein (nu niet werkend), van twee vrouwen die oesters wassen (Les Laveuses d'Huitres).

Vandaag hebben wij gereden: 85 kilometer.
Temperatuur vandaag: tot 18 graden.
Verblijf: Lagrange Vacances - Les Hauts de la Houle in Cancale.

Geschreven door Menrbijtjes