En toen kwam het eind toch echt in zicht: vrijdagochtend stapten we in de auto om te vertrekken naar onze laatste stop voor we terug naar Auburn zouden gaan. Deze stop was in het plaatje Winthrop. We zijn hier twee dagen bij Melissa's oma geweest.
Melissa's oma woont in een blokhut in een bos. Overal waar je buiten kijkt, zie je eekhoorns en ook de herten zijn niet op één hand te tellen.
Zoals ik in m'n vorige blog al schreef: hoe dichter je bij de kust komt, hoe warmer het wordt. Aangezien we midden op de dag aankwamen, was verkoeling wel erg gewild. Het was namelijk 35 graden. Gelukkig is er voor de mensen die in dat bos wonen een zwembad, dus zijn Margot en ik daar naartoe gegaan.
Maar voor we konden gaan zwemmen moesten we op een speciale gast wachten, of beter gezegd: speciale gasten. Paul en de hondjes zouden dit weekend namelijk naar ons toekomen, omdat Melissa zaterdag jarig was en we dan met z'n allen haar verjaardag konden vieren.
Margot en ik zouden 's avonds op zolder slapen. Helaas ging dit plan niet door, omdat Paul de tent was vergeten waar Paul en Melissa in zouden slapen. Dit betekende dus dat zij op zolder sliepen en wij beneden op de bank. Wat wel een voordeel was van beneden slapen, was dat we overal toegang tot hadden, zoals de koelkast, de tv en ook de snackbag, oftewel de tas waarin wij onze snacks bewaarden. We hebben dus lekker kruidnoten kunnen eten, terwijl we een belangrijk klusje moesten doen, namelijk Melissa’s verjaardagkaart schrijven. Om half 1 hadden we de kaart eindelijk af en konden we gaan slapen en aangezien er niets voor 's ochtends vroeg op de planning stond, konden we lekker uitslapen.
Tenminste... dat dachten we, want de volgende ochtend werden we wakker doordat Paul en Melissa om kwart over zes de hondjes naar buiten lieten gaan.
Omdat we toch wakker waren, besloten we maar meteen op te staan met de gedachten dat we vanaf maandag wel zouden bijslapen als we weer in Auburn zouden zijn.
Het was gelukkig nog niet zo warm buiten, dus besloten we (voor de temperatuur weer zou oplopen naar 35 graden) naar een markt te gaan waar Melissa als klein meisje altijd heen ging. Op deze markt kon je allemaal zelfgemaakte spullen kopen. Niet helemaal mijn ding maar Margot en Melissa houden hier wel van, dus zijn we alle kraampjes afgelopen.
Vervolgens gingen we naar een stadje wat helemaal was ingericht in de stijl van "The old west". En wat doe je in zo'n stadje. Ja, daar ga je mini golfen. Best leuk, maar inmiddels was het al 28 graden buiten, dus waren we blij toen we na het potje lekker konden lunchen in de schaduw bij een Mexicaans restaurant.
's Middags zijn Margot en ik met Paul naar een groot meer gegaan waar we alle drie in grote zwembanden op het meer konden drijven en zonnen. Weer een lekker vakantiegevoel dus.
's Avonds gingen we Melissa's verjaardag vieren. We hadden lekker eten en ook een lekker drankje erbij. Margot en ik mogen natuurlijk helemaal nog niet drinken, maar vandaag werd er een uitzondering van gemaakt. Tijdens de rondreis had Melissa Moonshine voor Paul gekocht. Moonshine is een drankje dat tijdens de drooglegging werd gemaakt, illegaal natuurlijk. Hoe meer alcohol er in het drankje zat, hoe beter. Nu is alcohol natuurlijk wel weer legaal, maar Moonshine wordt toch nog gemaakt. De alchohol percentages lopen nog steeds ver uiteen van 30% tot 90%.
Onze Moonshine, die trouwens naar appeltaart smaakte, had een alcoholpercentage van 70%. Paul vond het wel zo gezellig om niet in z’n eentje te drinken, dus mochten we Margot en ik ook wat. En toen we ons drankje ophadden, mochten we natuurlijk een refill, want zo gaat dat in Amerika. Margot wilde niet meer, dus vond Paul het nodig om Margots deel bij mij in m’n glas te gieten, waar mijn deel al in zat. Zo wist hij zeker dat hij niet in z’n eentje een drankje had.
Natuurlijk wilden we ook iets Nederlands aan de verjaardag toevoegen, dus besloten we Nederlandse verjaardagsliedjes te vertalen naar het Engels. We begonnen met “twee violen en een trommel en een fluit”. We werden nogal raar aangekeken dat we zulke rare liedjes zingen op iemands verjaardag. Zo raar zelfs, dat ze “de kop van de kat” niet eens meer hoorden, omdat ze te druk bezig waren met de nabeschouwing van het eerste liedje. Na de liedjes kwam de taart en na de taart begonnen we alvast met de eerste spullen inpakken, aangezien we de volgende dag weer naar Auburn zouden gaan.
De volgende ochtend was het dan echt tijd om voor de laatste keer van de rondreis in de auto te stappen. Om negen uur reden we weg en na zo’n vijf uur kwamen we in Auburn aan. Onderweg zijn we nog een keer gestopt en hebben we geluncht.
In Auburn aangekomen kwam het opruimmonster in mij naar boven. Het was me overduidelijk dat je mannen niet alleen thuis kan laten, of in iedere geval Paul niet. Het was een troep. Een verschrikkelijke troep. De vaat was zo hoog opgestapeld dat het volgens mij niet van “slechts” één week kon zijn. Nadat Margot en ik onze koffers hadden uitgepakt, begon ik daarom meteen aan de vaat, zodat we ten eerste ruimte hadden om iets op het aanrecht neer te zetten en ten tweede pannen, borden en bestek hadden, zodat we ’s avonds konden eten. Zo’n twee uur later stond alle vaat weer schoon in de kasten.
Intussen was het al bijna tijd voor het avondeten en aangezien we tijdens onze rondreis genoeg ongezonde dingen hadden gegeten, besloten we het nu bij een salade te houden. Margot had Melissa gevraagd om stokbrood mee te nemen, zodat we ook wat broodjes hadden naast de salade en dat was het beste waar Margot om had kunnen vragen. Voor het eerst in (bijna) drie weken hadden we weer lekker brood. Het Amerikaanse brood is erg zoet en vult totaal niet. Het stokbrood kwam daarom als geroepen. Eindelijk konden we ons brood beleggen, zonder dat er een rare smaak aan zat. Het zijn de kleine dingen in het leven.
Geschreven door Lisa.op.reis