Op de stoep voor de kerk

Verenigde Staten, Hot Springs

Soms heb je niet zoveel te schrijven. Vooral als het even tegenzit. Ik heb een prachtig roadbook gemaakt, waarin beschreven stond waar we heen zouden willen. Dat hebben we steeds gevolgd. Heel makkelijk, want ik hoefde nooit uit te zoeken wat we de volgende dag wilden gaan doen. Die voorbereiding kostte veel tijd, vooral omdat ik steeds ook uitzocht wat er te zien was, waar we eventueel even langs moesten rijden, waar we eventueel konden gaan staan. Zoveel werk, dat ik die laatste week niet al te nauwkeurig meer kon voorbereiden. U zult het zo merken.

Eerst bezoeken we het dorpje Bannack. Ik noemde het in het vorige verslag al. Met die beruchte sherrif, die overigens zelf maar 27 jaar is geworden en toen opgehangen werd, vanwege zijn wandaden. We zitten in de staat Montana, een staat met veel geschiedenis dus. De goldrush, de ontwikkeling van het boerenbedrijf (Montana is een echt agrarische staat), de strijd tussen de native-Amerikanen en de kolonisten, het rolt zich voor onze ogen af.

Dat stadje Bannack is echt een ghosttown. Niemand woont daar en alle huizen die zijn overgebleven sinds het eind jaren zestig na 200 jaar verlaten werd staan er nog en worden zo mogelijk onderhouden. Opvallend waren de regels voor de schooljuffrouwen. Ze mogen niet trouwen, niet met een manspersoon in een wagen zitten, tenzij het vader of broer was. Ze mogen voor een bepaal uur 's morgens en na een bepaald uur 's avonds niet buiten komen. Haar jurk mocht niet meer dan 2 inches boven de enkel uitkomen, ze moest twee petticoats dragen, niet lummelen in de ijssalon. In totaal twaalf regels. En zo was er bij bijna elk huis een verhaal. Al met al de moeite om door dit dorp heen te wandelen en de levensomstandigheden van die bewoners toen te zien.

De avond ervoor stonden we ergens aan het water en kwam een man een praatje maken en gaf tips van wegen die we rijden konden. Wat dat betreft zijn Amerikanen erg vriendelijk, behulpzaam en zeer beleefd. Dat ervaren we steeds. Op zijn aanwijzingen zochten we dus een weg naar het Noorden. Eén park wilden we namelijk nog bezoeken: het Nationale Glacier park, met de schitterende wereld van gletsjers en besneeuwde toppen.

Een stuk moeten we er voor om, hoewel we ook een aantal doelen in Oregon nog mee willen pakken. Dus de rest van de dag een afstand overbruggen van een kleine 200 mijl. Maar met mooie dalen, vanaf Bannack nemen we de weg door Polaris heen ( op de kaart genoteerd als ongeasfalteerd, maar dat klopte niet). Een schitterende weg. Ergens hoog hebben we een prachtig uitzicht op het dal van de Grashoppers zoals het genoemd wordt en ook hier ontdekken we weer een heel verhaal over de Indianen die hier leefden, hoe ze wisten te leven in de natuur, gebruik maakten van veel wat daar groeide. Zo langzamerhand beseffen wat een rare tijd het is geweest toen de Indianen gewoon van hun territoria verdreven werden. Met natuurlijk als extreme daad de slecht bij Wounded Knee. Dat ligt in South-Dakota, dus daar komen we niet.

Overigens is de staat Montana qua natuur een liefelijk landschap met tegelijk ruige bergen. Hoewel geen woestijn zoals in het zuiden, kent het toch veel gebieden die woest zijn gebleven, dat wil zeggen waar niemand iets met het land doet. Het is over het algemeen een agrarische staat, maar waar boeren het land gebruiken doen ze dit maar tot onder aan de hellingen van de heuvels en bergen. Dat zien we over het algemeen in heel Amerika. Ontzettend veel bergen en heuvels, van gemiddelde hoogte tot zeer grote hoogte. Maar nooit bergen die gebruikt worden, waar wegen naar dorpjes voeren. Dat is in de ons zo bekende Alpenwereld totaal anders.

Dan gaat het verder richting Wise River, vervolgens volgen we de weg een stukje richting Anaconda en dan pakken we de snelweg. Met onderbrekingen, vooral op mooie plekjes. Voor Missoula pakken we de 200 en dan de weg langs schitterende meren, de 83. Langs het water eten we eerst voor we nog een laatste stuk afleggen. Voor veel bloglezers niet interessant, die exacte route, maar voor mensen die opzoek zijn naar informatie wel. Niet dat eten, wel de wegen.
In de omgeving van het park - nou ja, nog 35 mijl - een plekje voor de nacht gezocht en de volgende morgen eerst gezocht naar een tankstation waar ze propaan verkopen omdat het rode lichtje van de gasindicatie aangaf dat het bijna gedaan was met het gas. En dus met koelkast en diepvries. En de températuur is nog steeds hoog!

Dan op weg naar het park. Eerste teleurstelling. Bij de kassa vertelt de juffrouw ons dat onze camper maar tot een bepaald punt mag rijden, maar dat er daarna shuttlebussen zijn. Dat is minder leuk, want dan kunnen we niet in de camper lekker zitten en koffie pakken of de stoelen erbij pakken en van een uitzicht genieten. Het moet dan maar. Met de nodige ergernissen zetten we de camper dan weg, aangezien de RV-parking vooral door personenauto’s is ingenomen, soms zo slecht geparkeerd dat er niks bij kan.

Met moeite vinden we dan die plek en gaan bij de bushalte zitten wachten. Om het half uur zal ze rijden.. Na drie kwartier wachten is er nog niets. Nog eens het bord bestudeerd, maar we worden niets wijzen. Na een uur zoeken we wat in het rond en spreken een parkwachter aan. Maar wat blijkt: die bus gaat pas vanaf 1 juli en dat is dus morgen! Is dat even balen. We kunnen dus niet verder. We hebben ineens geen zin meer in dit park te blijven, staan langs het overigens prachtige meer nog even om een koffie te maken en doen dan boodschappen in Kalispell. Tja, hier had ik kennelijk te weinig vooronderzoek naar gedaan, zoal ik dat aan het begin al schreef.

We zakken we af langs het grote meer, nemen de 20 richting Plains. Het doel is via Idaho door te stoten naar Washington om daar op de grens met Oregon een schitterende tocht te maken. In Hot-Springs zoeken we het kerkje op om te overnachten. Binnen is het heet (31 graden als we aankomen), daarom zitten we buiten, vlak voor de kerk. Een paar wandelende dames komen gezellig kletsen, niet alleen om het borduurwerk van Ada te bewonderen maar ook over onze reis, waar we waren en waar we heengaan. En dat we hier nu in een Indianenreservaat zitten. En ze raden ons dringend aan om een Powow-feest (een ontmoeting van Indianen van een bepaalde stam om daar met muziek en dans de Schepper te eren) te bezoeken dat dit weekend in de omgeving gehouden wordt. Een feest met veel tradities, kleuren, kleding en muziek. Deze feesten hebben een sterk religieuze inslag. We zagen onder het rijden al eerder ergens dat er zo’n groot feest gehouden werd.

In Montana viel het ons trouwens eens te meer op hoe de herinneringen aan de Indianen levend gehouden worden. Zo komen we bij het Flatheadmeer en de Blackfootriver. Daarnaast konden de Amerikanen kennelijk weinig eigen namen verzinnen, want we zien gehuchten als Moskou, Belgrado, (Le) Havre, Glasgow, Sydney, Efratha en noem maar op. Als de dames weg zijn loopt een ree de straat op en gaat naast onze camper het groene gras staan peuzelen. Een idyllische avond waar we om half elf nog met 25 graden buiten zitten. Celsius dan welteverstaan.

De foto’s komen pas als ik weer een wifi-verbinding op een camping heb.


Geschreven door

Al 1 reacties bij dit reisverslag

Balen van die bus die niet reed zeg! En dat slechte parkeren, daar weten wij inmiddels ook alles van: zó veel auto's die gewoon op het midden van 2 plekken gaan staan. Zelfs een keer terwijl we ernaast stonden te wachten op het andere plekje. Bij ons zijn het uiteraard de Italianen zelf, bij jullie de toeristen?

Dochter J. 2016-07-01 11:20:42
 

Over deze reis
Aantal reisverslagen:
GPS afstand deze dag:
GPS afstand totaal:
Aantal foto's:
Laatste verslag:
Reisduur:
Reisperiode:

Of schrijf je reisverhalen via de app

Met de Pindat App kun je offline reisverhalen schrijven en foto's toevoegen. Zodra je weer internet hebt kun je jouw verslagen uploaden. Ook via de app plaats je gratis onbeperkt foto's.



Klik op 1 van onderstaande knoppen om de app te installeren.