Maar gelijk gebruik maken van het feit dat we bij dit hotel staan. Ze hebben vast een mooi ontbijtbuffet. We slapen weliswaar niet in het hotel, maar zijn toch gast op de parkeerplaats. Tegen een redelijke vergoeding is dit geen probleem. Een uitstekend ontbijtbuffet met alles erop en eraan.
Vandaag is ons reisdoel Italië. We hebben een camperplaats uitgezocht in het plaatsje Varena, ergens tussen Bozen en Trente. De reis is vooral een uitdaging voor de camper. Vandaag moet hij laten zien wat hij echt als auto waard is. Al direct na het passeren van de grens met Oostenrijk wordt een afdaling aangekondigd met een dalingspercentage van 17%. Deze afdaling is een kilometer of 4. Een groot spandoek over de weg waarschuwt voor de laatste keer. Om de 150 meter zijn er grintbakken naast de weg die steil om hoog lopen om auto's met defecte remmen de kans te geven zichzelf te redden. Met 3,5 ton naar beneden storten is toch wat anders als met een standaard personen wagen. Ik houd de wagen in zijn tweede versnelling. Ondanks dat loopt de snelheid na enkele seconden al op tot 60. De motor giert door de hoge toeren die er worden gemaakt. Iedere keer als de 60 bereikt wordt moet ik stevig terug remmen tot we weer een kilometer of 35 rijden. Daarna begint het opnieuw, de snelheid neemt toe en de motor begint hoge toeren te draaien. Bij 60 km is het lawaai zo oorverdovend dat ik wel de remmen moet gebruiken. We passeren grintbak na grintbak. Staties op onze lijdensweg. Gaan de remmen dit houden, net voor de laatste grintbak, dus ook het allerlaatste stukje van de afdaling beginnen we de remmen te ruiken. Ik zie nog geen rook of vlammen in mijn achteruitkijk spiegel, maar we kunnen er niet meer ver van af zijn. Het dalingspercentage neemt af. Ik kan weer opschakelen naar zijn drie zonder dat we in een te hoog tempo naar beneden storten. De remmen krijgen weer tijd om af te koelen. Dit was het eerste examen van de auto. Geslaagd. De afdaling was verboden voor vrachtwagens. Het zou met een gewicht van enkele tonnen meer als de wagen van ons, ook onmogelijk zijn deze afdaling zonder kleerscheuren te nemen. We passeren Innsbruck en rijden richting Brenner pas over de snelweg. De hele route is stijgend. Verder opschakelen als zijn drie is onmogelijk om dat de toeren dan te snel afnemen en de snelheid sterk terugloopt. Nog ver voor de Brenner-pas zien we borden staan over de aanleg van de Brenner basis tunnel. Dit moet een spoortunnel worden. In 2007 is het werk aangevangen, het opleverjaar is 2025. Maar dan ligt hier ook een van de langste tunnels ter wereld. Een ruime 55 kilometer lang. Voor ons zit er niets anders op dan de pas te nemen. Met een snelheid tussen de 60 en 70 kilometer per uur kruipen we omhoog. Google earth geeft aan dat de snelweg verder op helemaal volloopt en dat het gunstiger is de snelweg te verlaten. We passeren de Oostenrijks Italiaanse grens in het plaatsje Brennero. Enkele douane ambtenaren observeren de reizigers in de auto's. Zonder oponthoud rijden we door. Vanaf de Brenner-pas tot aan Bolzano daalt de snelweg, waar we inmiddels weer op beland zijn. In het begin rijzen granieten muren van honderden meters hoog links en rechts van ons op. Naarmate we lager komen wordt het dal breder en de hellingen minder steil. Bij Bolzano leidt de routeplanner ons van de snelweg. We draaien links uit, iets naar het oosten en rijden een tunnel binnen. Al snel kan ik hier niet verder opschakelen dan zijn 3. Soms krijg ik de zenuwen van de files die zich achter ons vormen. Bij nadere beschouwing blijkt onze camperplaats zich te bevinden op de Passo Lavaze, een skioord, op 1850 meter, waar de skiliften niet beginnen maar eindigen. Een klim van zo'n 20 kilometer. Het steilste percentage over sommige stukken is 12%. Hier komen we onmogelijk verder als in zijn 2. De remmen hebben geen problemen, maar uiteraard loopt de temperatuur van de motor flink op. Schommelt de temperatuur normaal rond de 65 graden, nu tikken we regelmatig de 90 aan en in sommige delen 95 . De motor kan dat hebben. Pas bij een graad of 120 komen we in het rood. De auto doet zijn best, zonder klagen, hijgt hij ons naar de top van de wereld. Op de pas zien we de boomgrens. Deze ligt aan de zuidflank van de alpen een meter of 400 hoger dan aan de noordkant. Een blokhutten restaurant met in het weiland ligstoelen. De sneeuw ontbreekt. Hoewel we die iets hoger nog wel in plakken tegen de bergwand zien liggen. Boven het weiland een mooie camperplaats, met ruimte voor zo'n 30 kampeerwagens. Bijna alle plekken zijn gevuld, maar gelukkig is er nog plaats voor ons. De temperatuur ligt hier aanzienlijk lager dan we de afgelopen dagen gewend zijn. In de avond wordt het zelfs kil. Door de voorruit hebben we een majestueus uitzicht over de toppen, bossen, weides en grote imposante rotswanden. Hier heb je het gevoel ver van de dagelijkse beslommeringen van de wereld af te zitten. Natuurlijk zijn we niet alleen, maar het voelt weg, ver weg van alles. De avond brengen we rustig door genietend van de vergezichten.
Geschreven door CamperHerman