Dag 34 & 35: de Thakhek loop deel 2

Laos, Nahin

5 mei, de dag van de vrijheid. Nou, vrijheid zou ik wel ervaren vandaag... Maar later meer daarover.

Limestone Forest Viewpoint en Konglor Cave

Simon en ik laten onze spullen achter bij het guesthouse en starten de dag met een ontbijtje in Nahin. Daarna stappen we op de scooter naar de eerste bezienswaardigheid: "the Viewpoint", een uitzichtpunt over een limestone forest. Het is niet ver van Nahin dus na een kort, maar pittoresk ritje zijn we er. Je kan hier ook ziplinen door de rotsen, maar Simon heeft daar geen behoefte aan en ik heb genoeg ziplines voor een heel leven gezien na de Gibbon Experience. Daarom kiezen we voor enkel de wandeling naar het viewpoint.
Het zijn een heleboel trappen in de hitte, maar dan heb je ook wat. Er zijn bergen zo ver als je kan kijken, versierd met prachtige limoengroene planten en bomen. Weer een verademing om te zien.
Om bij de volgende stop, Konglor Cave, te komen is het eerst een stuk terug, dus we rijden weer door Nahin en slaan dan af richting de grot.
Dit stukje weg is wel een van mijn favoriete. Het begint met een eindeloos lijkende rechtdoorgaande weg in the middle of nowhere, waardoor het net de woestijn is. Daarna rijden we door een heleboel dorpjes met weer overal kindjes die zwaaien, high fiven, of "pha lang" (buitenlander) roepen. Soms heb ik het gevoel dat er meer kinderen dan volwassenen in Laos zijn.
Voor we het weten zijn we al bij de grot. We parkeren onze scooters en kopen een ticket voor een boottocht. Konglor Cave is wel 7 kilometer lang en naast een toeristische attractie is het ook een aansluiting tussen twee dorpjes, die vroeger elkaar alleen via bergpassen konden bereiken.
Ik had bij "boottocht" verwacht dat we in een grote boot samen met andere toeristen terecht zouden komen. Maar nee, we worden in een piepklein bootje gezet, krijgen hoofdlampen aangereikt en dan varen we opeens in het pikkedonker. Het enige wat we kunnen zien komt van onze lampen, het enige wat we kunnen horen is de ronkende motor van de boot.
De grot is echt gigantisch groot en we stoppen ergens om een wandelingetje te maken tussen de stalactieten en stalagmieten. Echt heel indrukwekkend. Tijdens het varen komen we trouwens ook vaak te stoppen, maar dat komt doordat het water zo laag staat. De bestuurder van de boot lost dat gewoon op door wat gas bij te geven en keihard over de stenen te schuren. Ik wou dat ik dat had toen ik in de Ardennen ging kajakken bij laag water.
De grot lijkt eindeloos, maar op een gegeven moment zien we licht en komen we na nog een klein stukje door de jungle aan bij het dorpje waar we even gaan lunchen. Je kan er dus ook voor kiezen om je scooter mee te nemen op de boot en vanaf dit dorpje verder te rijden. Was wel een geinige ervaring geweest in zo'n kleine boot denk ik.
Wij gaan echter gewoon weer terug, maar niet voordat we een heerlijke noedelsoep krijgen bij een restaurant met weer maar één gerecht. Dit keer zit er kip in en het doet me denken aan soto ajam, jummie.
De terugweg in de boot is net zo leuk als de heenweg. We stoppen nu op een andere plek in de grot, waarbij we zelf het licht mogen aandoen en dan zien we tot slot nog een mooi stukje steenwerk.

Een onverwachts afscheid

Voor het vervolg van de loop moeten we eerst dezelfde weg terugscooteren naar Nahin. Op het lange, rechte stuk verlaten weg durf ik ook eens een keertje echt hard te rijden. Ik snap erna eigenlijk nog steeds niet wat mensen daar nou zo leuk aan vinden. Geef mij maar een slakkentempo en dat je dan wel een beetje om je heen kan kijken.
Eenmaal terug in het guesthouse in Nahin is het al 16 uur en moeten we gaan bedenken wat we nog willen doen. Ik zie Simon een tijdje nogal peinzend kijken en vervolgens geeft hij aan dat hij eigenlijk morgen al richting Thailand wil. Hij heeft het gevoel dat hij daar zo snel mogelijk naartoe moet, een soort "roeping". Dat betekent wel dat hij vandaag nog naar Thakhek wil rijden via dat stuk snelweg dat nu afgeraden wordt.
Dat ga ik natuurlijk echt niet doen. Simon wil echter niet van zijn nieuwe plan afwijken, dus hij vraagt heel vaak of ik het echt niet erg vind als onze wegen hier scheiden. Nou, wel een beetje, maar dat ga je natuurlijk niet zeggen in zo'n situatie. Anders moet ik nog twee dagen op gaan trekken met iemand die hier eigenlijk helemaal niet wil zijn.
Dus Simon stapt op de scooter en toen was ik opeens alleen. Het is dan wel de dag van de vrijheid, maar zo veel vrijheid had ik vandaag ook niet verwacht.
Nogal van m'n apropos gebracht denk ik aan wat er in die jongen zijn hoofd rond moet zijn gegaan. Was het echt een roeping? Had hij gewoon stress, omdat hij anders niet genoeg tijd in Thailand gaat hebben? Wilde die van me af? We zullen het nooit weten. Het was sowieso wel een bijzondere snuiter hoor.
Ik boek nog maar een nacht in dit guesthouse, want verder rijden heb ik geen zin meer in. Ik krijg een dorm toegewezen met negen lege bedden. Nog meer vrijheid.
Voordat het donker wordt, maak ik nog even een wandeling door het dorp (zo'n "stupid walk for your stupid mental health" soort wandeling). Het helpt wel, want dit dorpje is echt super schattig. Bovendien vind ik ook eindelijk wat bruikbare zonnebrand in een klein winkeltje. De meeste crèmes hier bevatten namelijk whitening spul, omdat wittere huid hier een schoonheidsideaal is. En in het westen is het weer precies andersom. Gekke wereld.
Bij het avondeten in het guesthouse nodigt een lief Duits stel me uit om bij ze aan tafel te komen zitten. Ze hebben hun baan opgezegd en zijn nu samen aan het rondreizen. Bovendien is het vandaag hun vijfjarig huwelijksjubileum. Je zou denken dat ik me dan een gigantisch vijfde wiel zou voelen, maar dat viel eigenlijk wel mee. We hebben gezellig gekletst over onze reisavonturen en levens.
De rest van de avond spendeer ik met YouTube op vol volume zonder koptelefoon. Moet natuurlijk wel goed gebruikmaken van zo'n privédorm.

Een solo scooteravontuur

Na een goede nacht en een lekker ontbijt zie ik eigenlijk steeds meer het positieve in alleen terugscooteren. Ik vind het niet zo eng, omdat het dezelfde weg terug is en als er iets misgaat zijn er genoeg andere mensen die dezelfde route rijden. Bovendien kan ik nu lekker op mijn eigen tempo rijden en stoppen wanneer ik wil.
En zo gezegd, zo gedaan. Met mijn slakkentempootje begin ik aan de terugtocht en kan ik heerlijk om me heen kijken. Ondanks dat ik alles al een keer heb gezien, geniet ik nog steeds volop van het uitzicht. Dat is namelijk ook niet zo moeilijk.
Ik maak een stop bij de Dragon Cave, een grot die we hebben overgeslagen op de heenweg. Als ik aankom is alles verlaten, zelfs de kassa, dus ik loop maar gewoon door.
Het eerste deel van de grot is nauw en ik moet bukkend lopen over een brug, maar na een tijdje sta ik in een grote ruimte, verlicht door een klein straaltje zonlicht bij een opening bovenaan de grot. Het is er doodstil. Het enige wat ik hoor is mijn ademhaling en het ruisen van het water (oh, en mijn tinnitus haha). Een hele bizarre ervaring om zo door een grot rond te lopen. Alsof je alleen op de wereld bent.
Je kan ook helemaal naar boven de opening uit lopen, maar dat lijkt me nou weer iets te veel van het goede in mijn eentje.
Zodra ik weer bij de ingang ben, zijn er opeens tekenen van leven bij de kassa en moet ik alsnog entree betalen. Voordeel is wel dat ik nu wel een ijskoffie kan halen.
Verkoeld en gecafeïneerd kan ik er dan weer helemaal tegenaan op de scooter, maar mij kennende moet er natuurlijk een keer iets fout gaan.
En dat doet het een paar kilometers later, wanneer ik stop om een fotootje te maken. Ik parkeer de scooter nogal dom tegen een berg op. Ik maak de foto en ja hoor, boem: scooter op zijn zij, spiegel kapot. Tja. Ik ben eigenlijk vooral blij dat ik er zelf niet op zat, daardoor geen vertrouwen in mijn rijkunsten ben verloren en dat het de minder belangrijke spiegel is. Als er dus iets mis zou gaan, is dit wel een erg milde vorm. Positiviteit!
Ik scooter dus gewoon lekker verder en mag alles in het natuurpark weer opnieuw bewonderen. Uitgestrekt platteland, dorre bossen, af en toe een bosbrand en nog zo veel meer. Je kijkt je ogen uit.
Rond lunchtijd ben ik in Thalang beland, een klein dorp vlak na het park, en eet ik weer zo'n verdomd lekkere noedelsoep. Ik moet ook even wat beslissingen maken over het vervolg van mijn route. Ik kies ervoor om naar een waterval te gaan rijden, want een duik in het water is zeer welkom, en dan daar ergens in de buurt een slaapplek te gaan vinden. En route we go!

Geadopteerd door de Harry Bikers

Voor de waterval moet ik een heel lang stuk grindpad rijden. Ik ben daardoor even bang dat ik verkeerd zit, maar dan zie ik gelukkig een parkeerplaats.
De waterval is helaas gereduceerd tot een klein pisstraaltje vanwege het droogseizoen en de reeds gebouwde naastgelegen dam. Dat mag echter de pret niet drukken, want je kan er nog steeds lekker zwemmen.
Ik ben trouwens ook niet de enige met dit idee. Het kleine zwemwater zit boordevol backpackers en ook een grote groep locals is van de partij. Ik zie een heleboel bekende gezichten van mensen die ik eerder in hostels en andere steden heb gezien.
Zo ook Karen, het meisje van de tuktuk tour in Vientiane. We raken aan de praat en ze vertelt dat ze al vijf dagen aan het scooteren is met een grote groep. Ze noemen zichzelf de "Harry Bikers" (of Hairy, dat weet ik eigenlijk niet) en zijn in die tijd aardig hecht geworden. Als ze hoort dat ik in mijn eentje ben, nodigt ze me uit om met hun groep mee terug naar Thakhek te rijden.
Alhoewel ik al aardig wat kilometers achter de rug heb en eigenlijk niet van plan was om vandaag al helemaal terug te rijden, lijkt het me wel een leuk idee. Dus stelt Karen me voor aan de rest van de groep: Yente en Kate (Nederlands), Barry en Evan (Iers), Marlon (Zwitsers), Zach (Nieuw-Zeelands) en Dor (Israëlisch). Het is een chaotisch en bij elkaar geraapt zooitje mensen wat eigenlijk totaal niet bij elkaar lijkt te passen, maar dat is juist de charme van backpacken: je wordt vrienden met personen waar je nul overeenkomsten mee hebt (behalve dat je op reis bent natuurlijk).
Rijden in een grote groep is wel even wennen. Je stopt veel vaker, moet op elkaar wachten en moet hetzelfde tempo houden als de rest. Het maakt het rijden zelf voor mij niet echt leuker, maar bij de stops is het wel gezelliger.
Ik snap de helft van de tijd niet wat er gezegd wordt doordat alles een inside joke of gare Ierse humor is, maar dat is eigenlijk wel grappig. Bovendien kan ik ook als groepsfotograaf dienen, waar ze erg dankbaar voor zijn.
Het rijden in een groep zorgt er wel voor dat ik door mijn vermoeidheid heen kan bijten en we scooteren weer helemaal terug naar Thakhek. De rest rijdt nog even door om nachtbustickets te halen. Ik, getraumatiseerd door de nachtbus en snakkend naar een comfortabel bed, haal mijn spullen op bij mijn vorige hostel en boek nog een nachtje bij een ander hostel (dat wel airco heeft).
Na een broodnodige douche gaan we met de groep op stap voor wat eten en een Beerlao. Thakhek heeft een nachtmarkt waar het gezellig druk is en er speelt natuurlijk ook een bandje. Ik eet een pad thai en als toetje wil ik een pannenkoek halen, maar het blijkt gewoon getoast brood met chocola te zijn. Ook lekker.
Met zo'n groep kan het natuurlijk niet anders dan een gezellige avond worden. Vooral de Ierse gasten zijn ontzettend grappig en als ze beginnen te dansen op de muziek van de band, kunnen wij natuurlijk niet achterblijven en worden we van alle kanten gefilmd door de locals. Ik ben benieuwd op welke TikTok kanalen we te zien zijn nu.
Onderweg terug naar mijn hostel zien we een groepje locals dat op een willekeurige hoek op straat karaoke aan het zingen is. Evan en ik lopen erop af en we krijgen meteen bier in ons hand gestopt onder luidkeels geproost. We krijgen de muziek toegereikt en Evan zet een of ander traditioneel Iers nummer op en gaat helemaal los. Het is een hilarisch aangezicht. Daarna zingen we Zombie van the Cranberries (het Ierse nummer is op de een of andere manier heel populair hier) en geeft een man ons een lied wat we allebei niet kennen. Maarja, Engels kunnen we wel, dus ik denk niet dat ze dat doorhadden.
Helaas moeten we daarna wel echt vertrekken, want Evan moet zijn bus halen, dus na een laatste proost voegen we ons weer snel bij de rest van de groep.
Ik zwaai iedereen uit als ze onderweg gaan naar het busstation. Dor en Zach bussen naar Vientiane, de rest gaat naar Don Det. En ik? Ik ga heeeeeerlijk slapen in een stilstaand bed.
Morgen zien we wel weer wat mijn nieuwe bestemming wordt.

Geschreven door

Geen reacties bij dit reisverslag

 

Over deze reis
Aantal reisverslagen:
GPS afstand deze dag:
GPS afstand totaal:
Aantal foto's:
Laatste verslag:
Reisduur:
Reisperiode:

Of schrijf je reisverhalen via de app

Met de Pindat App kun je offline reisverhalen schrijven en foto's toevoegen. Zodra je weer internet hebt kun je jouw verslagen uploaden. Ook via de app plaats je gratis onbeperkt foto's.



Klik op 1 van onderstaande knoppen om de app te installeren.