Zondag 26 mei
De dag beginnen met een lekker vers broodje en koffie.
Terwijl ik inpak denk ik aan het liedje;
‘Pak al je spullen in je plunjezak en fluit fluit fluit..’
Veel meer dan een plunjezak is het niet wat we mee konden nemen. Toch hebben we alles wat we nodig hebben bij ons.
En telkens weer stappen we met een blij gemoed in dat kleine zwarte cabriootje.
Ultiem genieten van de wind en alles wat geur afgeeft, bos, zee, bloemen, kleine bakkertjes, maar ook mest, benzine en ga zo maar door.
We rijden constant open, een jasje aan, dat wel.
Na uren van ‘opschieten’ gaan we van de grote weg af.
Het schudden begint weer, de wegen zijn niet al te best en onze veren misschien iets te strak afgesteld, beetje het gevoel van op de trilplaat van Connie Breukhoven te zitten.
De grotere wegen prima.
We rijden nu door de Vendée, met moerasgebieden aan weerszijde.
Met gemak vol te houden zo, met één stop om te eten.
Op een tweesprong vraagt Hans ‘wat doen we? links of rechtsaf’? ik kies voor rechtsaf.
Zodoende rijden we even later ‘Vouvant’ binnen.
De parking is vol, goed teken?
Het is lekker druk op de terrasjes, wij hebben gezien dat hier twee B&Bs zijn.
Dat eerst regelen voordat we gaan spatzieren. Jammer dan, allebei gesloten.
Het is al na vijven en we zouden hier graag blijven.
Al is het maar om misschien een glimp van de fee Mélusine op te vangen.
‘Men zegt dat de vrouw met de slangenstaart ‘s nachts werkte zonder dat iemand het zag. Ze versleepte met onvoorstelbaar gemak enorm veel materiaal. En wanneer iemand haar toevallig eens zag, was haar wraak verschrikkelijk. Vouvant werd zo veroordeeld om, met één steen per jaar, ineen te storten. Dat is de reden waarom niet veel meer te vinden is van de versterkingen rondom het stadje. De Toren van Mélusine is de enige die min of meer compleet is overgebleven’
Eerst even googlen en eens kijken waar deze twee zwervers nog kunnen slapen vannacht.
Ik zeg ‘alles is goed, we pakken het eerste het beste wat in de buurt ligt’
Dan heb ik hier iets zegt Hans, ziet er leuk uit en is met -breakfast included-.
We rijden er wel naartoe zegt hij.
Maar we kunnen er niet eten dus moeten op en neer, ook goed?
Het is 8 km verderop, geen probleem?
Wil je het zien, en hij houdt de telefoon voor me. ‘Een kasteel!’
Mijn schoonzoon zou zeggen ‘daar gaan ze weer, de chateau hoppers’
We rijden er op de bonnefooi naar toe.
Er is op de weg er naar toe geen bewegwijzering en de toegangs poort zit in een haag.
Er hangt een kastje met een bel en we krijgen contact.
Er is plaats en dmv een code gaat de grote antieke poort langzaam open, alsof we een Filmset binnen rijden.
De Burchtheer staat ons op al te wachten met zijn honden. Ik blijf even in de auto.
Hij ziet dat we Nederlanders zijn en begint een verhaal over zijn vader, een Zweed, die als backpacker naar Nederland kwam in 1958. Hij werd daar zo hartelijk ontvangen en kreeg overal te eten. Dat komt doordat De Zweden geholpen hebben tijdens de watersnood. Wij vertellen dat we nog altijd Zweedse woningen hebben in onze woonplaats. Dat vind hij leuk om te horen.
Er volgt een geanimeerd gesprek over de Morgan en over het zijn Chateau. Elk jaar komt hier een groep Morganeers uit Londen. Dat moet mooie plaatjes opleveren.
Op dit moment zijn er Canadese gasten die hier een bruiloft vieren. Toch sprookjesachtig om hier je huwelijke leven te beginnen?
Wij krijgen een mooi onderkomen, twee verdiepingen, stijlvol ingericht met Antiek en kunst.
We gaan eerst nog eten in Vouvant, buiten op het terras, gewoon omdat het kan.
Echt gezellig stadje.
Maar snel terug naar het Chateau. We mogen in de grote huiskamer met een mega U- bank en kussens met honden erop. Overal hangen opgezette dierenskoppen, lijkt wel een dierentuin, een zwijn met parelkettingen door zijn neus is nog wel grappig.
De andere gasten zitten hier ook, maar separé. We halen nog iets te drinkeni uit de ‘honesty’ bar.
Morgen ontbijten aan de lange tafel, daar verheug ik me nu al op.
Maar eerst PRINSheerlijk slapen in Chateau de la Goujonnerie
Tot morgen
X
Geschreven door Elsstripss