Aangekomen op Bali werd ik verwelkomd door een hele bups taxichauffeurs die me voor de hoofdprijs, 28 euro, wel even wilden wegbrengen naar Ubud, de plaats die ik had uitgekozen als eerste stop (anderhalf uur rijden). Ik ging uiteraard niet akkoord en na wat geharrewar, getouwtrek en geding-dang belandde ik in een niet-geregistreerde taxi voor 18 euro richting Ubud. We haalden wel eerst even zijn vrouw op, die wilde kennelijk graag mee naar Ubud....ach, het kan gekker en hoe meer zielen, hoe meer vreugd.

In Ubud trapte ik af met een zalige saté, geserveerd op een bananenblad met wat rijst en verse groenten. Fingerlickin' good. Ik verbleef in een prima hotel, aangezien dat bijna net zo duur was als een hostel, omdat ik de kamer deelde met Selma en Louise, een Nederlandse en een Engelse meid die ik in Thailand ook had ontmoet en met wie ik contact hield. Na een hoop genieten van het zwembad, de warmwaterdouche en de rustige omgeving besloot ik dat het tijd was voor een uitdaging...

Mount Batur, een vulkaan op een bescheiden 1717 meter, was het doelwit. Om 02:00 's nachts werden we opgepikt en na een ontbijt van bananenpannenkoeken werden de kuiten even opgerekt en begonnen we, samen met tientallen anderen, de klim naar de top van de berg om daar de zon op te zien komen. In Sri Lanka had ik een soortgelijk iets gedaan, dus ik had er zin in!

Na een klim van 2 uur en een verlies van 3 liter bloed, zweet en tranen bereikten we de top. De ochtendzon kwam langzaam op en verlichtte het groene Balinese landschap en de deken van wolken die over de bergen lag. Wederom een waanzinnige beloning voor de lange klim. Na de afdaling, die niet geheel zonder vallen, glijden en opstaan ging reden we terug naar het hotel, waar een goede ochtendtuk volgde en de zilte plaklaag van zweet werd van de rug gespoeld.

Het werd nu echt tijd om weer eens zand tussen mijn tenen te voelen. Samen met Selma en Louise kozen we voor de Gili-eilanden. Drie kleine eilandjes tussen Bali en Lombok die echt echt écht rechtsreeks van een ansichtkaart komen. Op het grootste eiland, Gili Trawangan genaamd, een leuk hotel uitgezocht om de volgende dag weer terug te schakelen naar een hostel. Na in totaal drie dagen samen reizen was ik het gezwets over stijltangen, nagellak en bikini's meer dan zat en koos ik ervoor zelf door te reizen naar Gili Air. Daar in een geweldige cottage geslapen, een mooie bamboehut met een verdieping erin. Veel honeymooners hier en weinig backpackers, maar dat is wel lekker voor de afwisseling.

Vanuit diep in mijn backpack trok ik mijn Thaise 5-euro cheap-cheap snorkelset tevoorschijn en ging ik op avontuur in de wondere onderwaterwereld van de Gili's. Gewoon op het strand, voor de hostels...Ik scoorde twee waanzinnig grote zeeschildpadden, die het niet erg vonden dat ik om ze heen snorkelde terwijl zij de bodem omwoelden. Echt ontzettend mooi om te zien. Ik sloot de dag af met de tweede tonijnsteak van de dag, kan er geen genoeg van krijgen hier.

Over twee dagen terug naar Gili Trawangan, in verband met een gezellig eilandfeestje dat op komst is. Nu nog maar even bijtanken, uitrusten en verder snorkelariseren! In verband met de nieuwe terreurdreiging dat er een aanslag op Bali zal volgen mijd ik dat eiland voorlopig even, dus don't worry folks.

Geschreven door Nils