Mourão — Evora. Afstand 92 km.
In eerste instantie had ik Badajoz op de planning staan. Maar bij nader inzien kiezen we toch voor Evora. We rijden nog wel even naar Spanje om te tanken. Dan een stukje terug en via een mooie N-route (256) naar Evora. Onderweg mooie doorkijkjes over het stuwmerengebied. Het is een grensrivier tussen Portugal en Spanje; de Guardiana. Het gehele merengebied is echter Portugees. Het landschap is glooiend. Af en toe wat veeteelt op de weiden waar veel rotsen voorkomen. Maar later vooral fruitteelt, wijnbouw en af en toe een veldje olijven. Relaxed rijden. We go with the flow. Af en toe wat flauwe bochten maar verder geen fratsen onderweg. We zijn dan ook al bijtijds op de CP in Evora. Een drukke CP. Evora is echt een toeristenstadje. Ook staan er een paar caravans met vaste bewoning. Het kan en mag blijkbaar allemaal. Er zijn nog plekken. Maandag; de weekenders zijn waarschijnlijk net vertrokken om voor ons plaats te maken. 👍. Toch loopt het vrij snel weer vol. Zat er ook dik in.
We doen even rustig aan. Een broodje: er is nog één frikandel voor de mrs. Ik heb nog wat bloedworst liggen. Jammer genoeg geen stroop mee. Want gebakken bloedworst op brood met stroop. Dat was vroeger een traktatie bij ons thuis na de slacht. Mijn moeder maakte dat zelf van het bloed van het geslachte varken. Flink kloppen om het stollen tegen te gaan. Bij de “meule van Wassens” (Zuudwolde) werd roggemeel en gebroken rogge gehaald. Vet spek in blokjes gesneden. Gemengd, in speciale “darmen” geschept en in de grote ketel rechtopstaand gekookt. Ook werd er leverworst gemaakt al was dat meer een leverpaté. Kop, staart en de botten kwamen terecht in de snert. Alleen de “oink” vervloog in de wind.
Maar dat terzijde: broodje bloedworst zonder stroop dus. Plakje gebakken appel is er ook lekker bij. Maar helaas, die ook niet voorradig. Ook geen appelmoes of appelstroop. Ik laat het me echter goed smaken. Kopje cup-a-soep erbij. De mrs geniet ook van haar broodje fric.
Even omkleden. Ik trek een schoon t-shirt uit de kast; mijn Johnny Cash-shirt, the Man in Black. Ook gelijk mijn oorwurmpje. 🎶 the Man in Black🎶 van Johnny Cash. Dan lopen we nog even de stad door: anderhalve kilometer zegt mijn “footpath”app. We komen uit in het centrum. Het moet een mooie stad zijn. Werelderfgoedlijst. Ik zie het er nog niet vanaf. Best wel mooi stadje hoor. We drinken een kop koffie met wat lekkers in een straatje achteraf. Dat zijn voor mij de leukste plekjes. Vlotte meid achter de bar. Attendeert ons op de lokale specialiteit.
Azevias de Grão. Dat nemen we dus. Het lijkt wat op appel wat er in zit. Het is gemaakt van kikkererwten. Zeer zoet! (Krijg er dan terugwandelend ook een hypo van: geeuwhonger in de volksmond.). Word alleen maar gegeten tijdens de advent-tijd. Maar goed ook, je zou er diabetes van oplopen.
Na nog wat straatjes is het mooi geweest. We lopen terug naar de camper met een detourtje langs de super. Wat brood en wat “Pastel Nata” voor bij de koffie vanavond.
Geschreven door Duncs.campertravels