Beste allemaal,
De oversteek van Lembongan van Nusa Penida duurt 20 minuten. Het kleine motorjacht meert aan op het strand en we waden met onze bagage door de branding.
Ons hotel La Roja Bungalows ligt langs de kustweg zo’n 5 km verderop. Klein, gezellig, basic. Uitbater Daniel maakt ons wegwijs en regelt een scooter. We zullen 2 dagen rondcruisen op dit prachtige eiland.
Nusa Penida heeft nog iets ongerept. Wanneer we van het ene highlight naar het andere rijden passeren we kleine dorpjes die we, moesten we meer tijd hebben, graag beter zouden leren kennen. De highlights waar we wel tijd voor maakten zijn effectief de moeite, maar zijn jammer genoeg ook aantrekkingspolen voor eiland-hoppende dagjestoeristen die vooral op zoek zijn naar goede Instagram-foto’s.
We houden halt bij Diamond Beach, een stralend wit strandje met azuur blauw water beneden aan een klif van wel 50 meter hoog.
(Een Chinees bedrijf begint met de bouw van een lift om de horden Chinese toeristen de steile trappen te besparen …)
Kelingking Beach en Broken Beach zijn al net zo paradijselijk en bezienswaardig, maar ook te druk in vergelijking met het binnenland dat ons na elke bocht van de weg die het eiland doorkronkelt telkens weer “ah” momenten oproept.
Bij Chrystal Bay rusten we een half uurtje op het mooie strand en neem ik een duik in de toch wel onstuimige branding.
Diner hadden we in Secret Penida met heerlijke tonijn en fantastisch zicht op zee. Gelukkig had ik op voorhand gereserveerd, we kregen een knus waterfront tafeltje, quasi met de voeten in het water. De tweede avond waren we bij Coco Penida, eigenlijk net zo lekker en mooi, maar jammer genoeg een beetje verstoord door een grote groep te luidruchtige Chinese toeristen.
Vooraleer dit mooie eiland achter ons te laten zie ik nog kans om mee te gaan op een snorkel excursie. De boot zit vol jonge en onwennige Fransen en Chinezen die blijkbaar nog nooit eerder snorkelden. Men mag me niet kwalijk nemen dat ik een beetje gniffelend toekeek. De grappigste was een dikke chinees die bij het aantrekken van zijn zwemvliezen uitgleed en pardoes achterover overboord viel.
De beloofde Manta reuzenroggen kregen we niet te zien. Jammer. Het immense koraalrif is wel prachtig. We zien een duizenden visjes in alle mogelijke kleuren, een school grote dolfijnen en twee reuzenschildpadden. Een mooie afsluiter.
Onze laatste drie dagen zijn we in Ubud, een bekende spot te midden van prachtige rijstvelden in het binnenland van Bali.
We gunden ons wat extra luxe en boekten drie nachten in het Anandadara Hotel. Het is een voltreffer.
Ook hier huurden we direct een scooter. Die heb je hier echt nodig en voor de prijs moet je het niet laten. (gemiddeld 7 €/dag)
We bezoeken Tegallalang, een bekende trekpleister die bestaat uit een reeks valleien met de mooiste rijstveldterrassen, zo’n half uur van ons hotel. De eerste vallei is weliswaar héél mooi, maar is getransformeerd in één groot pretpark met fonteintjes, schommels en death-rides, Niets voor ons. Gelukkig kan je die drukte gemakkelijk achter je laten door afwisselend steil bergop- en bergaf door te trekken naar de achterliggende valleien. We klimmen en lopen ons in het zweet maar genieten van de prachtige uitzichten. Op het keerpunt kopen we bier bij een stalletje en laten ons fotograferen door een vriendelijke rijstboer.
Onze eerste dag in Ubud kan niet meer stuk.
Lieve groetjes,
Arlette en Bert
Geschreven door Berts.reizen