Het is er super rustig. Lekker veel korte heuveltjes. Akkerland met veel reliëf en korte houtkanten. Hier fietsen is absoluut niet saai. Ik heb zelf een route uitgedokterd en dus kom ik weinig mensen tegen. In het begin wat wielrenners.
Het is gelukkig ook weer wat warmer dan de afgelopen dagen. Zwoel warm als de zon uitkomt en als ze verdwijnt is het koud.
Ik reed naar Kaenegar omdat er een kasteeltuin met landart installaties is. Tot nu toe kon ik me meestal met de betaalkaart behelpen. Hier niet. Cash of payphone. Pech, dan niet. Ik heb wel lekker gegeten bij het kasteel. Daar komen dan ineens de toeristen bij elkaar.
Op terugweg blijf ik iets te lang op de hoofdweg hangen en zoek dan aansluiting via veldwegjes op het parcours dat ik bedacht had. Pfff, het eindigt met een zandweg kapot gereden door paarden. Gelukkig bergaf met de fiets aan de hand. Daarna begint mijn achterwiel te piepen en ik ben er niet zo gerust op.
Op de camping vraag ik naar een fietsenwinkel. Er is er eentje maar over een kwartiertje sluit hij. Ik rep er me als een gek naar toe. Winkel vrijdag en zaterdag gesloten. Gelukkig is er altijd wel iemand die voor me wil vertalen. Voor de camping moet ik cash afhalen. Vorige keer accepteerde een restaurant ook geen buitenlandse kaart hier.
Ik bekijk het straks nog eens en ga proberen te smeren. Bas werkt vanavond op het Obonfestival. Geen hulplijn.
Straks nog even het stadje in.
Geschreven door Sabine.schetst.fietst