Na een korte nacht ontbijten we op het dak van het hotel. Het is een Indiaas ontbijt met een soort bulgur, pap van gebroken graan, gekookt ei, aardappelkoekje, papaja, mandarijn, granaatappel, koffie, massala chai (thee) geroosterd brood, boter en jam.
Zodra we op straat komen staan er koeien en honden te wachten om gevoerd te worden. Van het brood dat gebakken wordt gaat eerst iets naar de koeien, dan naar de honden en vogels en dan pas naar zichzelf.
We bezoeken Mandawa, een oud stadje langs de oude zijderoute waar de levendige handel en welvaart na de scheiding tussen India en Pakistan in 1947 ophield te bestaan. We bezoeken de verlaten koopmanshuizen, de zgn. haveli’s, die nog intact en te bezichtigen zijn.
Voor een bezoek aan en verblijf in Bikaner, 150 km verderop, rijden we 4 uur door een woestijn. Dankzij irrigatie is er toch nog leven: schapen en koeien grazen er, graan, mosterdzaad, aloë en stekelige bomen groeien er. Ook wordt er gewoond in de woestijn.
Kamelen trekken een kar met nomaden: het zijn zigeuners, die hier hun oorsprong hebben.
Om tijd te winnen lunchen we in de bus.
We rijden naar Bikaner, een 500 jaar oude stad in de woestijn. Hier bezoeken we het Junagarh-fort dat helemaal intact is en te bezichtigen. Hier werd gewoond door de koning en zijn 19 koninginnen en zijn hele gevolg.
We logeren vannacht in een eenvoudig familie-hotel.


Verstuurd vanaf mijn iPhone

Geschreven door Guus.kitty