Om 8.30u stappen we de bus op, met vandaag op het programma: het groenere noorden van het eiland. Het zou gaan regenen, en we vertrekken onder licht gespetter. We leren opnieuw veel bij dankzij de gids. Het hoogste punt van Lanzarote is 672 meter, een vulkaankegel in het Noorden. De meeste wolken bevinden zich op 800 meter. Op de andere eilanden botsen die wolken tegen de vulkaantoppen aan en zo laten ze veel water achter. Omwille van de beperkte hoogte hier, regent het dus zeer weinig, waardoor het van belang is als lokale bewoner om alle water op te vangen. Alle huizen hebben dan ook eigen spaarbekkens. Het gebrek aan water gaf regelmatig hongersnood en betekende vele migratiegolven. Vanaf 1966 werd aan watergewinning gedaan: het filteren van zeewater via een grote installatie bij Costa Teguise. Dit was nodig om toerisme hier mogelijk te maken, dus het diende eerst voor de hotels. Water werd ook aangevoerd via schepen en dan per kameel naar meer afgelegen dorpen gebracht. Water... we zijn getuige van zeldzame regen...
Er zijn 7 werken van Manrique om de mooiste plekken voor toerisme aantrekkelijk te maken. Vandaag zien we er twee van. Via Teguise en de vallei van de 1000 palmen rijden we naar de Mirador del Rio. Daar werd in de rotswand een uitkijkplek gecreëerd, bijna onzichtbaar van beneden. Je hebt er schitterend uitzicht op La Gracioca, een kleiner eiland, en nog enkele onbewoonde nog kleinere eilandjes.
Van daaruit rijden we naar de Jameos del Aqua, een lavatunnel waar Cézar z'n ding mee deed. Jameos = openingen in een lavatunnel door instortingsgevaar van het dak. In deze (de langste ter wereld) tunnel zijn in totaal 7 in deze openingen. We bezoeken slechts de laatste 500 meter met 3 openingen. Daar bevinden zich, in een ondergronds meer, albino kreeftjes, die een "sterrenhemel" creëren op deze daardoor wondermooie plek. De kindjes kregen opdracht de diertjes te tellen, wat Jitse als onmogelijk verklaart.
Laatste stop is een aloë veramuseum, waar Jitse ons verbaasd door een stukje gel in te slikken en Jutta toch eens de gids haar armen wil checken op hoe zacht deze zijn na al dat smeren. Ze moet er alvast hartelijk om lachen.
Rond 14u zijn we terug bij het hotel en daarop vertrekken we meteen om in de buurt iets te gaan eten. De zon breekt eindelijk af en toe door, wat ons toelaat om nog even te gaan zwemmen. Een dag van uitersten...
Geschreven door De-gombe-matadi.op.expeditie