Nadat het gisteren en ook vannacht nog veel geregend had, voelde het vanmorgen drukkend en benauwd aan. De weersvoorspelling was daarbij ook niet om vrolijk van te worden. Er zouden nog meer regenbuien komen en zo zag het er ook naar uit. Maar op een gegeven moment klaarde de lucht wat op. We besloten de auto te pakken en een eilandtoer te maken.
We hadden het idee dat er maar één weg was die het hele eiland rondging. Nou, nee dus. Richting Kralendijk heb je al wat zijstraten. De plaats zelf is dan wel de grootste van Bonaire, maar stelt niks voor: twee straten. Een winkelstraat met boutiekjes en toeristen spulletjes en één voor het doorgaande verkeer. De zijstraatjes zijn van belabberde kwaliteit en komen bijna allemaal op de kust uit. In de andere straatjes wonen de mensen in heel verschillende huizen. Krotjes naast villa's, maar wel in gezellige kleuren.
Eenmaal buiten Kralendijk begint de ruigte pas echt. We rijden door een mangrove gebied. Het water staat op sommige plekken op de weg. We rijden er voorzichtig door om niet teveel opspattend water te veroorzaken. In de verte zien we een paar honderd roze flamingo's. Jammer genoeg kunnen we er niet dichtbij komen. We rijden verder, komen niemand meer tegen en krijgen de indruk het einde van de wereld te bereiken. Bij een duikschool moeten we keren omdat de weg ophoudt. Van een weg is bijna geen sprake meer: grote kuilen en gaten waar we omheen moeten manoeuvreren. Het lukt weer om op de goede weg te komen.
Dan rijden we kilometers lang door een troosteloos gebied. Er is niets anders te zien dan verdorde doornenstruiken en dode bomen, die het brakke water niet konden verdragen. En opeens staat er midden op de weg een ezel. Hij ziet er goed uit, niet moddervet maar ook geen vel over been. Als wij stoppen om een foto te nemen, komt hij meteen naar de auto. Hij denkt vast iets te eten te krijgen. Helaas joh, wij hebben echt niks. Doodgemoedereerd loopt hij dan onze auto voorbij en gaat weer midden op de weg staan wachten op de volgende. En die slimmerik is er eentje van het ezel opvangcentrum. Want wat verder passeren we de ingang.
Dan schiet Tamara in de lach. "Kijk, daar is het vliegveld." Wat blijkt? We komen vlak bij het resort uit waar wij verblijven.
Niet getreurd, we nemen de andere richting. We komen nu weer in niemandsland terecht. Het is er hartstikke druk met overstekende hagedissen van verschillend formaat. Ook leguanen rennen naar de overkant. Deze weg loopt pal naast de kust. Er zijn diverse parkeerplaatsen, waar duikers hun auto kunnen zetten. Ze hoeven dan alleen maar over te steken en kunnen zó de zee in.
We zien de ruige natuur van Bonaire. Grote rotsen met een soort uitholling erin. Groene doornige struiken, maar ook zwarte dode bomen en natuurlijk de zee met rotsige stranden of steile kliffen.
Als we weer terug op ons honk zijn, komen we tot de conclusie, dat we in anderhalf uur praktisch het hele eiland hebben rondgereden. En.... zonder navigatie!
Geschreven door Godelive-en-tamara.op.avontuur