De bus van Lissabon naar het beginpunt van de route, Porto Covo, is geen fantastische ervaring, al begon het goed met een knapperige pastel de nata (dat heerlijke custard cakeje in bladerdeegcup) en een cappuccino op het station.
We rijden een tijd achter een vrachtwagen met slachtafval. Althans, dat stel ik me zo voor want het ruikt in de bus naar dode kippen die lang in de zon hebben gelegen. De chauffeur kent de route kennelijk op zijn duimpje want hij dendert als een kamikazepiloot over smalle wegen langs kurkbomen. De passagiers gillen zelfs als hij met zijn neus hard de grond raakt na een hobbel. Ik heb ineens een beetje spijt van de plek voorin de bus, maar na drie uur komen we toch heelhuids aan in het paraiso (op aarde).
Aangekomen in Porto Covo is de busreis meteen vergeten. Een prachtig vissersdorpje met blauw witte huizen. Ik ga bij de lokale vvv domme vragen stellen die na een uur op de route vanzelfsprekend zijn. Ik moet de komende dagen de groenblauwe strepen volgen.
Die brengen me langs prachtige kliffen en een azuurblauwe glinsterende zee en hoewel ik haast heb want pas om half drie ga lopen (de bus ging niet eerder) duik ik al na drie kilometer de zee in. Heerlijk! Er zijn geen andere wandelaars die het verzinnen zo laat te vertrekken dus ik kan de hele dag in mijn eentje mijmeren. Ik mis Fleur toch wel erg, gelukkig stuurt Nick veel foto's van haar grappige acties. Hij vond haar zonder luier aan in bed. Die had ze snachts uit gedaan en de pyjama daarna weer aangetrokken. Het dametje!
Milfrontes lijkt uitgestorven maar ik vind toch nog een sanwicheria die mij om 21.00 een bord lasagne voorschotelt. Ik schuif die naar binnen als een bouwvakker. Het is na 30.000 stappen en ruim 24 km lopen de lekkerste lasagne die ik ooit heb gegeten.
Geschreven door Elivasus.avonturen