Wakker worden op de camperplaats in Røros, met alweer een prachtige zonsopkomst. Vannacht heeft het behoorlijk gevroren, - 10 graden.
Gelukkig is de afvoer van de vuilwatertank weer bevroren, vergeten om hem open te laten staan 🙄.
Dus maar weer duimen dat het gaat dooien 😇
We gaan een stukje omhoog via Noorwegen en dan terug naar Zweden.
Via een gele binnendoorweg rijden we naar weg 705, richting Stjørdal en via de E6 richting Levanger, om vervolgens via de 72 terug te rijden naar Zweden.
In het eerste stuk ligt veel sneeuw en de temperatuur daalt naar -11 graden, een record deze reis.
De sneeuwwallen langs de weg worden hoger en het uitzicht over het bevroren meer is werkelijk prachtig.
Midden op het ijs staat een auto met een schuilhut? Voor de ijsvissers speculeren wij.
Op het meer zijn er delen verzakt, waardoor er grote ijsschotsen kris kras over het meer verspreid liggen.
Onderweg wordt steeds gewaarschuwd voor rendieren of elanden op de weg. In de winter gebruiken ze vaker de wegen als looppaden, omdat deze sneeuwvrij zijn.
Er wordt gewaarschuwd met normale borden, extra grote borden, borden met zwaailichten en teksten als stor älgfara: groot gevaar: elanden!
Maar wij zien niets.....we zien wel een onafgebroken spoor van grote voeten in de sneeuw aan beide kanten van de weg, maar de bijbehorende beesten zien we niet.
Op een hoogvlakte vlakbij Stuggudalen drinken we koffie. Wat een uitzicht, om stil van te worden!
Bij de Landhandel haal ik brood, terwijl Peter de camper verschoond. Er is zelfs water voorradig en ook de sluiting van de afvalwatertank is weer ontdooit! Fijn alles geregeld!
Blijft bijzonder dat veel voorzieningen nog open zijn.
Onderweg zien we de mooiste ijscreaties van de rotsen naar beneden komen, eigenlijk wil je bij iedere bocht opnieuw stoppen, zo mooi is het.
Stoppen langs de weg is vaak lastig, want terwijl de wegen redelijk goed ijs- en sneeuwvrij zijn, zijn de parkeerplaatsen, op- en afritten echte ijsbanen, lastig voor de camper om op te rijden.
In Scandinavië rijden ze zelf vaak met dubbs of spijkerbanden, dan is rijden op ijs geen probleem.
Eenmaal meer in de buurt van de fjorden/zee is de invloed van de warme golfstroom duidelijk zichtbaar.
Hier is het 5 graden boven nul en de weilanden zijn groen, wat een verschil, alsof we op zomervakantie zijn.
Zodra we van de kust af rijden keert de winter terug.
Ook weg 72 is winters, met kruiend ijs uit de rivieren, enorme brokken ijs liggen verspreid langs de kant en zelfs een heel eind het land op in de weilanden!
Ook de uitzichten en het weer blijven prachtig.
Eenmaal over de grens in Zweden, op wegnummer 336, veranderen de zijkanten van de weg ook in ijs. Er is nog wel te rijden, maar langzamer.
Ondertussen zijn er wat zorgen om kater Boris, hij is gewond aan zijn oog en is met Barrike naar de dierenarts geweest.
Om een en ander te regelen heb ik een netwerk nodig en die ontbreekt volledig langs deze weg.
Hier overnachten is nu geen optie en de weg naar 'bewoond' gebied is nog lang.
Het laatste stuk valt wat tegen, ook omdat het langzaam donker wordt.
Uiteindelijk zien we in het dorpje Kall, een pleintje bij de kerk, we besluiten hier te overnachten.
Geschreven door Onderweg.met.de.twin