Dag 7 – From mansion to shack
We genoten van een luxe ‘three-course seated breakfast’ in de salon van Duff Green Mansion, waar de tafels gedekt waren met het mooiste servies. Het viel me wel op, dat al het bedienend personeel zwarte mensen waren. Natuurlijk geen slaven, maar het was toch even een raar idee. Na het ontbijt gaf de huidige eigenares, een kleine vrolijke dame, een rondleiding. Ze vertelde over de bewoners en de diverse rollen van het huis, gelardeerd met haar eigen mening over van alles en nog wat. Het was wel interessant maar erg lang. Kitty voelde zich helaas niet helemaal lekker. Ze was ook nog ’s nachts haar horloge kwijtgeraakt, maar gelukkig vond ik die onder het bed weer terug. Laatste spullen inpakken en op weg!
We hadden een lange rit voor de boeg. De eerste etappe ging naar Tupelo. Het weer was goed, de wegen rustig. We zijn gestopt bij een mooie rest area, waar we ook meteen drinken konden kopen. De laatste 50 mijl naar Tupelo ging binnendoor over de Natchez Trace Parkway. Wederom een prachtige omgeving, maar de weg is niet meer dan een geasfalteerd bospad. Je mag er uiteraard niet zo hard rijden en dat maakt het rijden vrij eentonig. Uiteindelijk besloten we nogmaals te stoppen op de eerste de beste rustplaats. En hoe blijkt die te heten…? Witch Dance, of course! Hoe verzin je het, dat we nou net op die plek stoppen. We kregen bezoek van een prachtige zwartblauwe vlinder. Het duurde even, maar ik heb ‘m op de foto gekregen.
Rond 3pm waren we in Tupelo, Birthplace of Elvis Presley. We hadden precies tijd voor het geboortehuis en het museum. Het huisje is klein en kneuterig. Het is nog ingericht zoals toen; Elvis heeft er zelf voor gezorgd, dat het behouden zou worden. Hij is nooit vergeten waar hij vandaan kwam. Het voelde heel bijzonder. Ron schoot vol. Daar stond-ie dan, zomaar op de ‘porch’ van het geboortehuis (zeg maar huisje) van The King. Ongelooflijk, weer een unieke ervaring rijker. Het Museum bevatte ook interessante dingen. Kitty heeft ter herinnering een magneet gekocht.
De laatste etappe was de helft korter. Helaas begon het te regenen en dat veranderde al snel in een gigantische wolkbreuk. We zagen weinig en de auto’s reden stapvoets met alarmlichten aan. Dat was erg vermoeiend rijden voor Ron, zeker na een al zo lange rit. Uiteindelijk stopte het. De wegen en alles eromheen stond hier en daar blank, maar bij aankomst in Clarksdale was het weer opgeklaard.
Ron en ik hadden ons verheugd op de Shack Up Inn, een verzameling ‘shacks’ (keet, schuur) in redneck style. De website is humoristisch en het zag er supergaaf uit. Ron wilde altijd al eens zoiets meemaken: in a rocking chair with a sigar and whiskey on the porch of a shack. Dat is gelukt! Toch viel het ook wat tegen in bepaalde aspecten. Door het weer was het veld drassig, daar kan niemand iets aan doen. De shacks zagen er in de brochure van binnen goed uit. Er staat een goed bed, maar verder is het interieur echt minder. Zaken die niet werken, gammel meubilair, een slaapkamerraam zonder gordijn, een uitgefikt stopcontact, hmm… Er zou elke avond live muziek zijn, maar de bar is gesloten en sinds covid is er geen eten meer verkrijgbaar. Weer in de auto dus. De dames bij de front desk waren gezellig en vriendelijk. Een van hen had ons wat adressen gegeven. We hebben gegeten bij Devon’s Bar & Grill, eenvoudig maar lekker.
Morgen eerst een Jeep tour door de omgeving met Chilly Billy en dan door naar Memphis.
Geschreven door Marian-kittys.reisverhalen