Terug naar Argentinië
Na een ontbijt met heerlijk vers brood van de buurman (naast ons hostal/camping is er een Franse bakkerij!) en met in onze tassen ook wat brood van diezelfde bakkerij, vertrokken we vrijdag uit San Pedro de Atacama.
Een warme etappe naar Socaire die vlak begon en eindigde met een lange klim. Socaire was de laatste plek waar we inkopen konden doen, voordat we weer de Andes zouden oversteken om terug te keren naar Argentinië. We spreken er met 3 Franse fietsers en een Frans, wat ouder en niet al te sympathiek fietsend echtpaar. De 3 fietsers gaan nog een paar km verder fietsen. Het echtpaar en wij rijden rondjes door het dorp op zoek naar een betaalbaar onderkomen.
0-sterrenhostal
Wij belanden uiteindelijk in een hostal/restaurant waar we maar voor 1 persoon hoeven te betalen omdat er maar beddengoed voor 1 persoon aanwezig is… Geeft niet, onze lakenzak en slaapzak zijn waarschijnlijk sowieso schoner dan het door hen aangebodene. De douche bleek niet over water te beschikken dus dat werd wassen aan de wastafel. Onze kleding wel lekker kunnen wassen. En ‘s avonds lekker gegeten. Helaas niet berekend op fietsersmagen.
Omdat we de komende 2 dagen zeker niets tegenkomen moeten we inkopen gaan doen. Alleen lastig wanneer in het hele dorp geen brood te vinden is. Gelukkig kunnen we uiteindelijk toch wat brood van ons hostal/restaurant kopen. Dit vullen we aan met yoghurtjes, crackers & koekjes. En spaghetti en erwtjes met maïssoep voor het avondeten. We slapen overigens heerlijk.
Zaterdag gaan we weer echt te Andes is. Het is opvallend groen. Waarschijnlijk door de vele regen en sneeuw van vorige week. We zien weer vicuña’s en een struisvogel. Onderweg zien we eerst weer het echtpaar. Die bijna een ongeluk krijgen doordat Madame stopt wanneer wij ergens langs de weg wat zitten te eten, terwijl Monsieur niet oplet en tegen haar aan fietst. Na 2 klimmen – één van 14 km en één van 10 km – dalen we naar het meer van Aquas Calientes. Man oh man, wat mooi.
Overnachten bij soldaten
Op het uitzichtpunt ontmoeten we weer de 3 Franse fietsers. We fietsen nog een stukje door, op zoek naar barakken van het Chileense leger. Een onder fietsers bekende plek om je tentje op te zetten wanneer je deze route doet. Het kampement ziet er verlaten uit, maar uiteindelijk blijken er 2 soldaten en een hele lieve hond te zijn. De hond heet: Siseñor, oftewel jamijnheer. De overige manschappen zijn ergens aan het werk; landmijnenruimen in de Atacama woestijn.
En ja, we mogen er beschut kamperen en een 6 liter fles water pakken voor eigen gebruik. Oh, en willen we douchen? Ja! Warm water? Nou dat zou fijn zijn. Uiteindelijk dus luxer dan de vorige avond. Sterker, we mogen gebruik maken van de keuken en krijgen als cadeau: 2 grote blikken tonijn, een blik ananas, een blik perzikken, een zak olijven, een pak Mexiaanse wraps en nog eens 2 flessen water. De ananasschijven eten we deels als toetje en deels bij het ontbijt. Behalve de Mexicaanse wraps laten we alles achter, te veel gewicht voor de komende zware etappes.
No Siseñor
Rond ½ 9 zaten we weer op de fiets. Siseñor vond het allemaal helemaal geweldig. Zo vroeg al mensen die rondlopen en die dan ook nog eens gaan fietsen. Leuk, mee rennen. Na een aantal pogingen om hem in ons beste hondentaalspaans terug te sturen “No Siseñor” gaven we dat na zo’n 2 km maar op. Gelukkig liep er toen ergens van de weg af iets in het veld wat toch nog interessanter was dan wij!
Ook vandaag weer mooie laguna’s. En nu ook eentje met heel veel flamingo’s. De grensovergang met Argentinië is duidelijk; van mooi asfalt naar ripio (= wasbord). Eerst dus maar wat lucht uit onze fietsbanden laten lopen. De douaneprocedure was een stuk sneller dan Argentinië uit. We kregen zelfs onderdak aangeboden. Dat wezen we af, wel maakten we gebruik van de keuken om te lunchen. Daar troffen we ook weer de 3 Franse fietsers aan.
Wij kiezen er voor om van de hoofdweg af te gaan, richting Catua. De weg er naar toe is in zeer slechte staat. Wasbord en af zand, veel zand. Maar we bereiken het tot onze verbazing redelijk grote plaatsje. Na wat rondvragen blijkt dat we bij het huis met het boompje (gelukkig is er hier maar 1 van in het hele plaatsje) Señora Gloría zullen vinden die de sleutel heeft van het dorpsonderkomen.
Na even wachten mogen we haar volgen naar een gebouwtje met een keuken, warme douche en een aantal kamers. We delen het gebouw met 3 schilders die bezig zijn een voor deze plek enorm groot gebouw te schilderen. We doen boodschappen voor het avondeten (eindigde weer verse groente), koken en maken een selectie van de foto’s die we vandaag namen.
Op naar Olacapato
De 3 schilders blijken ook in onze accommodatie te overnachten en tijdens het ontbijt hebben we een leuk gesprek met de baas van het gezelschap. Het enorm grote gebouw blijkt de nieuwe middelbare school te zijn. Ze gaan de basisschool ook nog schilderen. De man heeft dus qua werk niet te klagen. Wel merkt hij op dat hij geen tijd meer heeft om te gaan vissen. Nu moet je weten dat woonwerkverkeer hem zo’n halve dag kost en hij dus weinig thuis is.
Het idee is om naar Olacapato te fietsen. Naar ons idee een grotere plaats dan Catua. Margriet fantaseert al over empanada’s. Helaas, Olacapato is vergeleken bij Catua een flinke tegenvaller. We besluiten – het is nog vroeg – door te fietsen en te gaan wildkamperen. Dan moeten we natuurlijk wel inkopen doen (avondeten en eten voor morgen overdag). Dit kost nogal wat moeite. Eerst is het al lastig om winkels te vinden. Uiteindelijk vinden we er eentje, een ware huiskamer/keukenwinkel. Het aanbod is zeer beperkt, maar we scoren wel groentes, tomatensaus en een minizakje geraspte kaas.
In een tweede winkel kunnen we 2 kleine ‘pan casero’ (zelfgebakken brood) kopen en nog wat andere zaken om de avondmaaltijd aan te vullen. In beide winkeltjes moeten de prijzen van de gekochte goederen op losse blaadjes opgezocht worden.
De weg is overigens nog steeds erbarmelijk van kwaliteit. We hobbelen en hobbelen en hobbelen. Echt genieten van het landschap is lastig. We vinden uiteindelijk een redelijke wildkampeerplek. Niet ver van de weg af en met stromend water. Helaas rijden ook ‘s nachts en zware vrachtauto’s af en aan en we slapen ondanks oordoppen heel slecht.
Wachten op de zon
Ondertussen is het al weer dinsdag. We hadden besloten geen wekker te zetten, maar te wachten tot de zon op de tent zou staan. Dit omdat we boven de 4.300 meter slapen en we verwachtten dat de nacht koud zou worden. Dit bleek inderdaad zo te zijn; het water in onze flessen was deels bevroren!
Gelukkig beginnen we de dag met een klim en warmen we een beetje op. De weg is af en toe wat beter van kwaliteit (nog steeds onverhard, dat blijft voorlopig zo) en we kunnen weer genieten van het landschap. In de afdaling komen we een Duitse motorrijder tegen die ons voor gek verklaart.
We gaan van de hoofdweg af om een bezoek te brengen aan het treinviaduct La Polvorilla. Een indrukwekkend viaduct. In de afdaling terug naar de hoofdweg maakt de vering van onze fiets weer overuren, maar zien we wel de Tren al la Nubes, oftewel de Trein naar de Wolken die heel langzaam op weg is naar het viaduct.
In San Antonio de los Cobres is het even zoeken naar een accommodatie, maar de komende 2 nachten hebben we een heerlijk bed, warm water & wifi.
Uitslapen en inkopen doen
Heerlijk uitgeslapen vanmorgen en boodschappen gedaan. Morgen stappen we weer op de fiets en gaan we naar het hoogste punt van de reis: 4.950m boven zeeniveau. We zullen in 2 dagen naar Cachi fietsen waar we waarschijnlijk pas weer internet zullen hebben
Geschreven door Dappere-trappers