Wat kan dat ietwat lome Zuid-Franse leventje in een gezellig klein stadje toch soms aantrekkelijk zijn.
Eigenlijk zie je nergens activiteit van enige betekenis, alles lijkt zich rustig voort te kabbelen.
Zondag en maandag heb ik mij daar dan ook in laten meenemen.
Toch is het daarbij ook nog gelukt informatie te verkrijgen over dit "Parc National des Cévennes". Er zijn bv. heel veel wandelroutes uitgezet, dus ik ga mij héél langzaam daarop voorbereiden. (denk ik)
Omdat ik deze 2 dagen onder een hoge bergwand bivakkeerde (eerste foto) die toch wel nieuwsgierig maakte, besloot ik de rondrit door het Parc te beginnen op dinsdag met het plateau Causse Méjean, waar die hoge bergwand van was.
Dat was dus werken geblazen, voor de GTI motor dan.
Hij had een jaar voordat hij de mijne werd bijna niets hoeven te doen, en daarvoor had hij -aan de kilometerstand te zien- ook een redelijk lui leventje kunnen leiden.
Die luiheid kon hij nu wel vergeten, want in 700 mtr. vanaf de plaats waar hij 2 dagen mocht uitrusten moest hij het busje al vanaf 545 mtr. naar 1065 mtr. laten klimmen.
Eén geluk voor hem, de wegwerkers waren zo aardig die 700 mtr. via hellingen en haarspeldbochten uit te rekken tot 5 km. Maar toch, het was veel klimmen in een korte tijd.
Boven op het plateau was het eigenlijk een verlaten wereld.
Geen huisjes, geen landbouw of enig ander teken dat er mensen op deze wereld zouden bestaan.
Toch was ik niet bepaald de eerste bezoeker hier. Een tijdje terug (200 miljoen jaar geleden om wat preciezer te zijn) liepen er hier in hoofdzaak dinosaurussen rond. Omdat zij af en toe vergaten een voetstap mee te nemen werd dat aan ons, de moderne mens, kenbaar gemaakt en weten jullie dat nu dus ook.
En niet te vergeten de kunstenaars, die op de meest verlaten plekjes stenen op elkaar stapelen.
Zo'n 30 km. lang was Ellen, je weet wel, van Tom de stotteraar, volledig overbodig want er waren geen afslagen, kruispunten of andere dwaal-mogelijkheden te bekennen.
Het was gewoon een verlaten wereld met rotsachtige grond en lage begroeiing dat eindigde tenslotte in, hoe kan het ook anders, in een soort duikvlucht naar beneden.
Want de Gorges du Tarn diende zich aan. De rivier le Tarn worstelt zich hier tussen 2 hoge bergketens door en dus moest er nu weer in ong. 6 km, met een hemelsbrede afstand van 650 mtr. van 950 mtr. naar 420 mtr. gedaald worden. Voor een moderne auto waarschijnlijk een peulenschil, maar ja, mijn busje is 30 jaar en kreunen kan hij als de beste. In ieder geval was het weer goed voor mijn armspieren.
Het busje had er intussen ook wel zin in gekregen, en ik ook, dus na een aantal kilometers langs le Tarn te zijn gereden besloten we het weer hoger op te zoeken. Ik wilde naar wat interessantere gebieden en dat betekende : weer naar boven.
De 2e beklimming vandaag werd ook volbracht, maar later, aan het begin van een weg die op de Michelin kaart als een uiterst dun lijntje was aangegeven, stond een bord. Het wilde zoiets zeggen dat alles wat groter was dan een personenauto die weg beter niet kon nemen.
Ellen had er geen moeite mee, maar ja, zij denkt dat je met een auto ook een trap af kan rijden. Zal trouwens wel kunnen, maar liever in andermans auto als het even kan.
Omdat avontuur altijd trekt gewoon die weg natuurlijk genomen met als beloning: door een ongelofelijk mooi gebied te rijden.
Je kunt natuurlijk denken: die oude bus kan pech krijgen en een sleepwagen kan hier onmogelijk komen. Ook de wegenwacht laat je hier waarschijnlijk erg lang wachten, gewoon omdat je telefoon amper bereik heeft, keren is nergens mogelijk, en wat als er een tegenligger komt op deze smalle bergweg?
Maar wat moet je anders? Achter de geraniums zitten is ook niet zo aantrekkelijk.
Aan het eind van de weg, na zo'n 8 km., bleek waarom dat bord er o.a. stond. Er was een hele sterke afdaling die eindigde in een dorpje met een staatje tussen de huizen die ongeveer even breed was als mijn busje.
Maar zo'n 200 mtr. vóór dat dorpje kwam dan eerst die gevreesde tegenligger.
Of liever gezegd, het was een tegenligster en ze kwam net in mijn blikveld na een bocht die zij genomen had.
Dus achteruit durfde zij niet, en ik geloof ook dat er ergens een regel is dat stijgend verkeer voorrang heeft.
Dus ik speurde achter mij naar een plek waar de weg net iets breder was en stuurde de bus achteruit naar die plek vlak langs de afgrond.
En toen maar wachten of die dame zich met een zacht tikje tegen mijn bus zich een breder pad ging toe-eigenen.
Het ging goed, maar vlak vóór het dorpje, jawel, weer één.
Ook weer en dame, dus ik weer een heer en naar achteren.
Deze dame bedankte mij uitbundig en toen kwam dus dat steegje waarin je de auto zou kunnen klemrijden.
Andere opties waren er niet, dus nauwkeurig sturen en wachten op dat schurende geluid.
Die kwam er niet dus de bus is nu nog steeds geheel oranje!
Dit alles is door de actiecam vastgelegd dus misschien kan ik jullie daar later nog mee vervelen.
Nu eerst op weg naar een overnachtingsplek, maar daarover later.......
Geschreven door HansVWT3